Source | Target | Tato domněnka je vyvrácena, pokud investiční nemovitý majetek je odepisovatelný a je držen v rámci obchodního modelu, jehož cílem je spotřebovat v podstatě veškeré hospodářské užitky tohoto investičního nemovitého majetku v čase, a nikoli prodejem. | Dat vermoeden wordt weerlegd als de vastgoedbelegging kan worden afgeschreven en wordt aangehouden in het kader van een bedrijfsmodel dat erop gericht is nagenoeg alle economische voordelen die de vastgoedbelegging in zich bergt, in de loop der tijd te verbruiken, veeleer dan via verkoop te realiseren. |
Pokud je tato domněnka vyvrácena, použijí se požadavky odstavců 51 a 51A. | Indien het vermoeden wordt weerlegd, dan moeten de vereisten van de alinea's 51 en 51A in acht worden genomen. |
Příklad ilustrující odstavec 51C | Voorbeeld ter illustratie van alinea 51C |
Investiční nemovitý majetek má pořizovací cenu 100 a reálnou hodnotu 150. | Een vastgoedbelegging heeft een kostprijs van 100 euro en een reële waarde van 150 euro. |
Ocení se za použití modelu oceňování reálnou hodnotou dle IAS 40. | De belegging wordt gewaardeerd volgens het reëlewaardemodel van IAS 40. |
Zahrnuje pozemek s pořizovací cenou 40 a reálnou hodnotou 60 a budovu s pořizovací cenou 60 a reálnou hodnotou 90. | Zij omvat terreinen met een kostprijs van 40 euro en een reële waarde van 60 euro, en een gebouw met een kostprijs van 60 euro en een reële waarde van 90 euro. |
Pozemek má neomezenou dobu životnosti. | De terreinen hebben een onbeperkte gebruiksduur. |
Oprávky budovy pro daňové účely činí 30. | De cumulatieve afschrijving van het gebouw voor belastingdoeleinden bedraagt 30 euro. |
Nerealizovanými změnami v reálné hodnotě investičního nemovitého majetku není ovlivněn zdanitelný zisk. | Ongerealiseerde wijzigingen in de reële waarde van de vastgoedbelegging hebben geen invloed op de fiscale winst. |
Pokud se investiční nemovitý majetek prodá za více, než činila pořizovací cena, bude zrušení daňových oprávek 30 zahrnuto do zdanitelného zisku a zdaněno obvyklou daňovou sazbou 30 %. | Als de vastgoedbelegging wordt verkocht voor een bedrag dat groter is dan de kostprijs, zal de terugneming van de cumulatieve afschrijving voor belastingdoeleinden van 30 euro in de fiscale winst worden opgenomen en tegen een gewoon belastingtarief van 30 % worden belast. |
Pokud výnos z prodeje přesáhne pořizovací cenu, stanoví daňová legislativa daňovou sazbu 25 % pro aktiva držená méně než dva roky a 20 % pro aktiva držená dva roky nebo déle. | Voor het bedrag waarmee de verkoopopbrengst de kostprijs overschrijdt, voorziet de belastingwetgeving in een belastingtarief van 25 % voor activa die minder dan twee jaar worden aangehouden en in een belastingtarief van 20 % voor activa die twee jaar of langer worden aangehouden. |
Protože investiční nemovitý majetek se oceňuje modelem oceňování reálnou hodnotou dle IAS 40, existuje vyvratitelná domněnka, že účetní jednotka celou účetní hodnotu investičního nemovitého majetku realizuje získá prodejem. | Aangezien de vastgoedbelegging volgens het reëlewaardemodel van IAS 40 wordt gewaardeerd, is er een weerlegbaar vermoeden dat de entiteit de boekwaarde van de vastgoedbelegging volledig via verkoop zal realiseren. |
Pokud uvedená domněnka není vyvrácena, odložená daň odráží daňové důsledky realizace celé účetní hodnoty prodejem, i když účetní jednotka očekává, že před prodejem získá z nemovitého majetku příjem z pronájmu. | Indien dat vermoeden niet wordt weerlegd, weerspiegelt de uitgestelde belasting de fiscale gevolgen van de volledige realisatie van de boekwaarde via verkoop, ook al verwacht de entiteit huurinkomsten uit het vastgoed te realiseren voor de verkoop ervan. |
Daňová základna pozemku, pokud je prodán, je 40 a vzniká zdanitelný přechodný rozdíl 20 (60 – 40). | Als de terreinen worden verkocht, bedraagt de fiscale boekwaarde ervan 40 euro en is er een belastbaar tijdelijk verschil van 20 euro (60 euro – 40 euro). |
Daňová základna budovy, pokud je prodána, je 30 (60 – 30) a vzniká zdanitelný přechodný rozdíl 60 (90 – 30). | Als het gebouw wordt verkocht, bedraagt de fiscale boekwaarde ervan 30 euro (60 euro – 30 euro) en is er een belastbaar tijdelijk verschil van 60 euro (90 euro – 30 euro). |
V důsledku toho celkový zdanitelný přechodný rozdíl týkající se investičního nemovitého majetku činí 80 (20 + 60). | Het totaal belastbaar tijdelijk verschil met betrekking tot de vastgoedbelegging bedraagt bijgevolg 80 euro (20 euro + 60 euro). |
V souladu s odstavcem 47 je daňovou sazbou sazba, jež by se měla použít pro období, kdy bude investiční nemovitý majetek realizován. | In overeenstemming met alinea 47 is het belastingtarief het tarief dat naar verwachting van toepassing zal zijn op de periode waarin de vastgoedbelegging wordt gerealiseerd. |
Pokud účetní jednotka očekává, že nemovitý majetek prodá poté, co jej bude držet více než dva roky, spočítá se výsledný odložený daňový závazek následovně: | De resulterende uitgestelde belastingverplichting wordt derhalve als volgt berekend als de entiteit verwacht het vastgoed te verkopen na het meer dan twee jaar te hebben aangehouden: |
Pokud účetní jednotka očekává, že prodá nemovitý majetek poté, co jej bude držet méně než dva roky, výše uvedený způsob výpočtu se změní tak, že se na výnos převyšující pořizovací cenu použije daňová sazba 25 %, a nikoli 20 %. | Als de entiteit verwacht het vastgoed te verkopen na het minder dantwee jaar te hebben aangehouden, zou in bovenstaande berekening een belastingtarief van 25 % in plaats van 20 % worden toegepast op het bedrag waarmee de opbrengst de kostprijs overschrijdt. |
Pokud ale účetní jednotka drží budovu v rámci obchodního modelu, jehož cílem je spotřebovat v podstatě veškeré hospodářské užitky z budovy v čase, a nikoli prodejem, bude u této budovy tato domněnka vyvrácena. | Als de entiteit daarentegen het gebouw aanhoudt in het kader van een bedrijfsmodel dat erop gericht is nagenoeg alle economische voordelen die het gebouw in zich bergt, in de loop der tijd te verbruiken, veeleer dan via verkoop te realiseren, zou dat vermoeden worden weerlegd voor het gebouw. |
Pozemek se však neodepisuje. | De terreinen kunnen echter niet worden afgeschreven. |
Domněnka realizace prodejem by tudíž nebyla vyvrácena u pozemku. | Het vermoeden van realisatie via verkoop zou bijgevolg niet worden weerlegd voor de terreinen. |
Z toho plyne, že odložený daňový závazek by odrážel daňové důsledky realizace účetní hodnoty budovy používáním a účetní hodnoty pozemku prodejem. | Dit heeft tot gevolg dat de uitgestelde belastingverplichting de fiscale gevolgen zou weerspiegelen van de realisatie van de boekwaarde van het gebouw via gebruik en van de realisatie van de boekwaarde van de terreinen via verkoop. |
Daňová základna budovy, pokud je používána, je 30 (60 – 30) a vzniká zdanitelný přechodný rozdíl 60 (90 – 30), z něhož vyplývá odložený daňový závazek 18 (30 % z 60). | Als het gebouw wordt gebruikt, bedraagt de fiscale boekwaarde ervan 30 euro (60 euro – 30 euro) en is er een belastbaar tijdelijk verschil van 60 euro (90 euro – 30 euro), hetgeen resulteert in een uitgestelde belastingverplichting van 18 euro (60 euro tegen 30 %). |
Daňová základna pozemku, pokud je prodán, je 40 (20 – 30) a vzniká zdanitelný přechodný rozdíl 20 (60 – 40), z něhož vyplývá odložený daňový závazek 4 (20 % z 20). | Als de terreinen worden verkocht, bedraagt de fiscale boekwaarde ervan 40 euro en is er een belastbaar tijdelijk verschil van 20 euro (60 euro – 40 euro), hetgeen resulteert in een uitgestelde belastingverplichting van 4 euro (20 euro tegen 20 %). |
V důsledku toho platí, že pokud domněnka realizace prodejem je u budovy vyvrácena, odložený daňový závazek týkajícíse investičního nemovitého majetku je 22 (18 + 4). | Als het vermoeden van realisatie via verkoop wordt weerlegd voor het gebouw, bedraagt de uitgestelde belastingverplichting met betrekking tot de vastgoedbelegging bijgevolg 22 euro (18 euro + 4 euro). |
Vyvratitelná domněnka v odstavci 51C se použije také tehdy, pokud odložený daňový závazek nebo odložená daňová pohledávka vznikne z ocenění investičního nemovitého majetku v podnikové kombinaci, jestliže účetní jednotka použije model ocenění reálnou hodnotou při následném ocenění uvedeného investičního nemovitého majetku. | Het weerlegbare vermoeden van alinea 51C is ook van toepassing wanneer een uitgestelde belastingverplichting of –vordering voortvloeit uit de waardering van een vastgoedbelegging in een bedrijfscombinatie indien de entiteit bij de latere waardering van de betrokken vastgoedbelegging van het reëlewaardemodel gebruikmaakt. |
Ustanovením odstavců 51B–51D zůstávají nedotčeny požadavky na používání zásad z odstavců 24–33 (odčitatelné přechodné rozdíly) a z odstavců 34–36 (nevyužité daňové ztráty a nevyužité daňové odpočty) tohoto standardu při zachycení a oceňování odložených daňových pohledávek. | De alinea's 51B, 51C en 51D laten de verplichting onverlet om bij de opname en waardering van uitgestelde belastingvorderingen de principes van de alinea's 24 tot en met 33 (verrekenbare tijdelijke verschillen) en de alinea's 34, 35 en 36 (niet-gecompenseerde fiscale verliezen en ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden) van deze standaard toe te passen. |
98 Odstavec 52 byl přečíslován na odstavec 51A, byly změněny odstavec 10 a příklady za odstavcem 51A a byly doplněny nové odstavce 51B a 51C a za ním následující nový příklad a nové odstavce 51D, 51E a 99, to vše v dokumentu Odložená daň: realizace podkladových aktiv, vydaném v prosinci 2010. | 98 Alinea 52 is hernummerd als alinea 51A, alinea 10 en de voorbeelden na alinea 51A zijn gewijzigd, en de alinea's 51B en 51C en de daaropvolgende voorbeelden, alsook de alinea's 51D, 51E en 99 zijn toegevoegd door Uitgestelde belastingen: realisatie van onderliggende activa, uitgegeven in december 2010. |
Účetní jednotka použije tyto změny pro roční období počínající 1. lednem 2012 nebo později. | Een entiteit moet deze wijzigingen toepassen op verslagperioden die op of na 1 januari 2012 aanvangen. |
V případě, že účetní jednotka použije změny pro dřívější období, zveřejní tuto skutečnost. | Als een entiteit de wijzigingen op een eerdere periode toepast, moet ze dat feit vermelden. |
ZRUŠENÍ VÝKLADU SIC -21 | INTREKKING VAN SIC-21 |
99 Změny provedené dokumentem Odložená daň: realizace podkladových aktiv, vydaným v prosinci 2010, nahrazují výklad SIC 21 Daně ze zisku – zpětné získání přeceněných neodepisovatelných aktiv. | 99 De wijzigingen die door Uitgestelde belastingen: realisatie van onderliggende activa, uitgegeven in december 2010, worden aangebracht, vervangen SIC-interpretatie 21 Winstbelastingen – Inbaarheid van geherwaardeerde niet af te schrijven activa. |
stanoví v jediném IFRS rámec pro oceňování reálnou hodnotou a | beschrijft in een enkele IFRS een kader voor het bepalen van de reële waarde; en |
požaduje zveřejnění informací o ocenění reálnou hodnotou. | vereist informatieverschaffing over waarderingen tegen reële waarde. |
Pro jiná aktiva a závazky pozorovatelné tržní transakce nebo tržní informace k dispozici být nemusí. | Voor andere activa en verplichtingen zijn mogelijk geen waarneembare markttransacties en marktinformatie beschikbaar. |
Nicméně cíl ocenění reálnou hodnotou je v obou případech stejný – odhadnout cenu, za níž by mezi účastníky trhu ke dni ocenění za obvyklých tržních podmínek proběhla řádná transakce spočívající v prodeji aktiv nebo převodu závazků (tj. výstupní cenu ke dni ocenění z pohledu účastníka trhu, který vlastní aktivum nebo dluží závazek). | Het doel van een waardering tegen reële waarde is echter in beide gevallen hetzelfde – het schatten van de prijs waartegen een regelmatige transactie om een actief te verkopen of een verplichting over te dragen zou plaatsvinden tussen marktdeelnemers op de waarderingsdatum in de huidige marktomstandigheden (dat wil zeggen een prijs op de verkoopmarkt op de waarderingsdatum vanuit het perspectief van een marktdeelnemer die het actief bezit of de verplichting verschuldigd is). |
3 Pokud cena identických aktiv či závazků není pozorovatelná, účetní jednotka stanoví reálnou hodnotu za použití jiné techniky oceňování, která maximalizuje použití příslušných pozorovatelných vstupů a minimalizuje použití nepozorovatelných vstupů. | 3 Als geen prijs voor een identiek actief of een identieke verplichting waarneembaar is, moet een entiteit de reële waarde bepalen met behulp van andere waarderingstechniek die zo veel mogelijk gebruik maakt van relevante waarneembare inputs en zo min mogelijk gebruik maakt van niet-waarneembare inputs. |
Vzhledem k tomu, že reálná hodnota vychází z tržní ceny, je stanovena za použití předpokladů, které by při oceňování aktiva či závazku použili účastníci trhu, včetně předpokladů týkajících se rizika. | Omdat reële waarde een op de markt gebaseerde waardering is, wordt deze bepaald op basis van de veronderstellingen waarvan marktdeelnemers zouden uitgaan bij het waarderen van het actief of de verplichting, met inbegrip van veronderstellingen over risico's. |
Záměr účetní jednotky držet aktivum nebo vypořádat či jinak splnit závazek proto není při oceňování reálnou hodnotou relevantní. | Als gevolg hiervan is het voornemen van een entiteit om een actief aan te houden of om een verplichting af te wikkelen of anderszins na te komen, niet relevant bij het bepalen van de reële waarde. |
4 Definice reálné hodnoty se zaměřuje na aktiva a závazky, protože jsou klíčovým předmětem účetního oceňování. | 4 De definitie van reële waarde spitst zich toe op activa en verplichtingen, omdat deze primair onderwerp zijn van de waardering ten behoeve van de administratieve verwerking. |
Kromě toho se tento IFRS použije na vlastní kapitálové nástroje účetní jednotky oceněné reálnou hodnotou. | Daarnaast moet deze IFRS worden toegepast op eigen eigenvermogensinstrumenten van een entiteit die tegen reële waarde worden gewaardeerd. |
Tento IFRS se použije v případě, kdy jiný IFRS požaduje nebo připouští ocenění reálnou hodnotou nebo zveřejnění informací o ocenění reálnou hodnotou (a metody ocenění, např. reálnou hodnotou sníženou o náklady prodeje, vycházející z reálné hodnoty nebo zveřejnění informací o tomto ocenění), s výjimkou uvedenou v odstavcích 6 a 7. | Deze IFRS is van toepassing wanneer een andere IFRS waarderingen tegen reële waarde of informatieverschaffing over waarderingen tegen reële waarde (en waarderingen, zoals reële waarde minus verkoopkosten, op basis van de reële waarde of informatieverschaffing over deze waarderingen) voorschrijft of toestaat, tenzij anders vermeld in de alinea's 6 en 7. |
6 Požadavky tohoto IFRS na oceňování a zveřejňování se nevztahují na následující transakce: | 6 De in deze IFRS beschreven vereisten inzake waardering en informatieverschaffing zijn niet van toepassing op: |
transakce spočívající v úhradách vázaných na akcie v oblasti působnosti IFRS 2 Úhrada vázaná na akcie; | op aandelen gebaseerde betalingstransacties die binnen het toepassingsgebied van IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen vallen; |
leasing v oblasti působnosti IAS 17 Leasingy a | leasingtransacties die binnen het toepassingsgebied van IAS 17 Leaseovereenkomsten vallen; en |
ocenění, které vykazuje určité společné rysy s reálnou hodnotou, avšak reálnou hodnotou není, jako je čistá realizovatelná hodnota v IAS 2 Zásoby nebo hodnota z užívání v IAS 36 Snížení hodnotyaktiv. | waarderingen die een aantal overeenkomsten met de reële waarde hebben maar geen reële waarde zijn, zoals de opbrengstwaarde in IAS 2 Voorraden of de bedrijfswaarde in IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa. |
7 Zveřejnění požadovaná tímto IFRS nejsou požadována pro: | 7 De informatie die op grond van deze IFRS moet worden verschaft, is niet vereist voor: |
aktiva plánu oceněná reálnou hodnotou v souladu s IAS 19 Zaměstnanecké požitky; | fondsbeleggingen die tegen reële waarde worden gewaardeerd in overeenstemming met IAS 19 Personeelsbeloningen; |
investice penzijního plánu oceněné reálnou hodnotou v souladu s IAS 26 Penzijní plány a | beleggingen in het kader van pensioenregelingen die tegen reële waarde worden gewaardeerd in overeenstemming met IAS 26 Administratieve verwerking en verslaggeving door pensioenregelingen; en |
aktiva, u nichž je zpětně získatelná částka reálnou hodnotou sníženou o náklady na vyřazení v souladu s IAS 36. | activa waarvan de realiseerbare waarde de reële waarde minus vervreemdingskosten is in overeenstemming met IAS 36. |
8 Rámec ocenění reálnou hodnotou popsaný v tomto IFRS se vztahuje jak na prvotní, tak následné ocenění, jestliže je reálná hodnota požadována nebo povolena jinými IFRS. | 8 Het in deze IFRS beschreven kader voor waardering tegen reële waarde is van toepassing op zowel de waardering bij eerste opname als waarderingen na eerste opname indien reële waarde door andere IFRSs wordt voorgeschreven of toegestaan. |
Definice reálné hodnoty | Definitie van reële waarde |
Tento IFRS definuje reálnou hodnotu jako cenu, která by byla získána z prodeje aktiva nebo zaplacena za převzetí závazku v rámci řádné transakce mezi účastníky trhu ke dni ocenění. | Deze IFRS definieert reële waarde als de prijs die zou worden ontvangen om een actief te verkopen of die zou worden betaald om een verplichting over te dragen in een regelmatige transactie tussen marktdeelnemers op de waarderingsdatum. |
10 Odstavec B2 popisuje celkový přístup ocenění reálnou hodnotou. | 10 Alinea B2 beschrijft de algemene benadering inzake waardering tegen reële waarde. |
Aktivum nebo závazek | Het actief of de verplichting |
Ocenění reálnou hodnotou se provádí u konkrétního aktiva či závazku. | Een waardering tegen reële waarde is voor een bepaald actief of een bepaalde verplichting. |
Při stanovení reálné hodnoty účetní jednotka proto vezme v úvahu charakteristiky aktiva či závazku, které by účastníci trhu zohlednili při oceňování aktiva či závazku ke dni ocenění. | Daarom moet een entiteit bij het bepalen van de reële waarde rekening houden met de kenmerken van het actief of de verplichting als marktdeelnemers deze kenmerken in aanmerking zouden nemen bij het waarderen van het actief of de verplichting op de waarderingsdatum. |
Mezi takové charakteristiky patří například: | Dergelijke kenmerken zijn bijvoorbeeld: |
stav a poloha aktiva a | de staat en locatie van het actief; en |