Source | Target | Investiční nemovitý majetek | Vastgoedbeleggingen |
D113 [Nevztahuje se na požadavky] | D113 [Niet van toepassing op vereisten] |
D114 Odstavce 26, 29 a 32 se mění takto: | D114 De alinea's 26, 29 en 32 worden als volgt gewijzigd: |
26 … Postup stanovení reálné hodnoty účasti na nemovitém majetku je pro model oceňování reálnou hodnotou stanoven v odstavcích 33–52 a v IFRS 13. | 26 … De alinea's 33 tot en met 52 en IFRS 13 bevatten leidraden voor het bepalen van de reële waarde van een vastgoedbelang volgens het reëlewaardemodel. |
Tento postup se zároveň použije pro stanovení reálné hodnoty, pokud je tato hodnota používána jako pořizovací náklad pro účely prvotního vykázání. | Deze leidraden zijn ook relevant voor het bepalen van de reële waarde wanneer die waarde als kostprijs wordt gebruikt bij eerste opname. |
29 Reálnou hodnotu aktiva lze spolehlivě stanovit, pokud (a) kolísání rozpětí přiměřených stanovení reálné hodnoty tohoto aktiva je nevýznamné nebo (b) lze při stanovení reálné hodnoty přiměřeně určit a použít pravděpodobnosti různých odhadů v rámci tohoto rozpětí. | 29 De reële waarde van een actief kan betrouwbaar worden bepaald als (a) de variabiliteit in de bandbreedte van redelijke waarderingen van dat actief tegen reële waarde niet aanzienlijk is of als (b) de waarschijnlijkheid van de verschillende schattingen binnen de bandbreedte redelijk goed kan worden ingeschat en kan worden gebruikt voor het bepalen van de reële waarde. |
Jestliže je účetní jednotka schopna spolehlivě stanovit reálnou hodnotu přijatého aktiva nebo postoupeného aktiva, pak se ke stanovení pořizovacích nákladů použije reálná hodnota postoupeného aktiva, ledaže by reálná hodnota přijatého aktiva byla evidentnější. | Als de entiteit de reële waarde van het ontvangen of opgegeven actief betrouwbaar kan bepalen, wordt de reële waarde van het opgegeven actief gebruikt om de kostprijs te bepalen, tenzij de reële waarde van het ontvangen actief duidelijker blijkt. |
32 Tento standard požaduje, aby všechny účetní jednotky stanovily reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku, a to buď pro potřeby oceňování ve výkazech (pokud účetní jednotka používá model oceňování reálnou hodnotou) nebo pro potřeby zveřejnění (pokud používá model oceňování pořizovacími náklady). | 32 Deze standaard schrijft voor dat alle entiteiten de reële waarde van vastgoedbeleggingen moeten bepalen ten behoeve van de waardering (als de entiteit het reëlewaardemodel gebruikt) of de toelichting (als de entiteit het kostprijsmodel toepast). |
Je žádoucí, nikoliv však povinné, aby reálná hodnota investičního nemovitého majetku byla stanovena na základě ocenění provedeného nezávislým znalcem, který má odpovídající a uznávanou odbornou způsobilost a předchozí zkušenosti s oceňováním předmětné kategorie investičního nemovitého majetku v dané lokalitě. | Een entiteit wordt aangemoedigd, maar is niet verplicht, om de reële waarde van een vastgoedbelegging te bepalen op basis van een waardering door een onafhankelijke taxateur die in het bezit is van een erkende en relevante beroepskwalificatie en die beschikt over recente ervaring met de locatie en categorie van de te waarderen vastgoedbelegging. |
D115 Odstavce 36–39 se zrušují. | D115 De alinea's 36 tot en met 39 worden verwijderd. |
D116 Odstavec 40 se mění takto: | D116 Alinea 40 wordt als volgt gewijzigd: |
40 Při stanovení reálné hodnoty investičního nemovitého majetku v souladu s IFRS 13, účetní jednotka zajistí, aby reálná hodnota odrážela mimo jiné i nájemné z aktuálních leasingů a další předpoklady, které by účastníci trhu použili při stanovení cen investičního nemovitého majetku za obvyklých tržních podmínek. | 40 Bij het bepalen van de reële waarde van een vastgoedbelegging in overeenstemming met IFRS 13, moet een entiteit ervoor zorgen dat de reële waarde onder meer huurinkomsten uit huidige leaseovereenkomsten weerspiegelt alsook andere veronderstellingen waarvan marktdeelnemers zouden uitgaan bij het waarderen van de vastgoedbelegging in de huidige marktomstandigheden. |
D117 Odstavce 42–47, 49, 51 a odst. 75 písm. d) se zrušují. | D117 De alinea's 42 tot en met 47, 49, 51 en 75(d) worden verwijderd. |
D118 Odstavec 48 se mění takto: | D118 Alinea 48 wordt als volgt gewijzigd: |
48 Ve výjimečných případech je při prvním pořízení investičního nemovitého majetku (nebo v případě, kdy se existující nemovitost stává poprvé investičním nemovitým majetkem z důvodu změny způsobu jejího využívání) jasně zřejmé, že rozpětí přiměřených stanovení reálné hodnoty bude tak velké a určení pravděpodobnosti různých dopadů bude tak obtížné, že je popřena užitečnost jednoho stanovení reálné hodnoty. | 48 Wanneer een entiteit een vastgoedbelegging voor het eerst verwerft (of wanneer een bestaande onroerende zaak voor het eerst een vastgoedbelegging wordt na een wijziging van het gebruik), zijn er in uitzonderlijke gevallen duidelijke aanwijzingen dat de variabiliteit in de bandbreedte van redelijke waarderingen tegen reële waarde dermate groot zal zijn, en de waarschijnlijkheid van de verschillende resultaten zo moeilijk te beoordelen zal zijn, dat één enkele bepaling van de reële waarde geen nut heeft. |
Uvedené skutečnosti mohou naznačovat, že reálnou hodnotu daného nemovitého majetku nelze spolehlivě stanovit na kontinuálním základě (viz odstavec 53). | Dit kan erop wijzen dat de reële waarde van de onroerende zaak nu en in de toekomst niet betrouwbaar kan worden bepaald (zie alinea 53). |
D119 Nadpisy nad odstavcem 53 a odstavce 53 a 53B se mění takto: | D119 Het kopje boven alinea 53 en de alinea's 53 en 53B worden als volgt gewijzigd: |
Nemožnost spolehlivého stanovení reálné hodnoty | Onvermogen om de reële waarde betrouwbaar te bepalen |
53 Předpoklad, že účetní jednotka může spolehlivě trvale stanovovat reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku, je vyvratitelný. | 53 Er is een weerlegbaar vermoeden dat een entiteit de reële waarde van een vastgoedbelegging nu en in de toekomst betrouwbaar kan bepalen. |
Ve výjimečných případech je již při prvním pořízení investičního nemovitého majetku (nebo v případě, kdy se existující nemovitý majetek stává poprvé investičním nemovitým majetkem z důvodu změny způsobu jeho užívání), zřejmé, že reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku nelze spolehlivě trvale stanovovat. | Wanneer een entiteit een vastgoedbelegging voor het eerst verwerft (of wanneer een bestaande onroerende zaak voor het eerst een vastgoedbelegging wordt na een wijziging in het gebruik) zijn er in uitzonderlijke gevallen echter duidelijke aanwijzingen dat de reële waarde van de vastgoedbelegging op dat moment en in de toekomst niet betrouwbaar kan worden bepaald. |
K tomu dochází právě tehdy, když trh srovnatelných vlastností je neaktivní (např. existuje málo transakcí z nedávné doby, cenové nabídky nejsou aktuální nebo pozorované transakční ceny naznačují, že prodávající byl k prodeji donucen okolnostmi) a alternativní spolehlivá stanovení reálné hodnoty (založená například na projekcích peněžních toků) nejsou možná. | Dit is het geval als en alleen als de markt voor vergelijkbaar vastgoed inactief is (er zijn bijvoorbeeld weinig recente transacties, prijsnoteringen zijn niet actueel of waargenomen transactieprijzen geven aan dat de verkoper gedwongen was om te verkopen) en er geen alternatieve betrouwbare waarderingen van de reële waarde (bijvoorbeeld op basis van gedisconteerde kasstroomprognoses) beschikbaar zijn. |
Pokud účetní jednotka zjistí, že reálnou hodnotu nedokončeného investičního nemovitého majetku nelze spolehlivě stanovit, ale očekává, že reálnou hodnotu tohoto nemovitého majetku bude možné spolehlivě stanovit, jakmile bude výstavba dokončena, ocení tento nedokončený investiční nemovitý majetek pořizovacími náklady, dokud nebude možné jeho reálnou hodnotu spolehlivě stanovit nebo dokud nebude jeho výstavba dokončena (podle toho, která z těchto alternativ nastane dříve). | Als een entiteit besluit dat de reële waarde van een vastgoedbelegging in aanbouw niet betrouwbaar kan worden bepaald maar verwacht dat de reële waarde van het vastgoed betrouwbaar zal kunnen worden bepaald wanneer de bouw daarvan is voltooid, moet ze de vastgoedbelegging in aanbouw waarderen tegen kostprijs totdat de reële waarde ervan betrouwbaar kan worden bepaald of, indien dit vroeger is, totdat de bouw is voltooid. |
Pokud účetní jednotka zjistí, že reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku (kromě nedokončeného investičního nemovitého majetku), nelze spolehlivě stanovit na kontinuálním základě, účetní jednotka tento investiční majetek ocení s použitím modelu oceňování pořizovacími náklady podle IAS 16. | Als een entiteit besluit dat de reële waarde van een vastgoedbelegging (die geen vastgoedbelegging in aanbouw is) niet nu en in de toekomst betrouwbaar kan worden bepaald, moet ze die vastgoedbelegging waarderen met behulp van het kostprijsmodel in IAS 16. |
Bude se předpokládat, že zbytková hodnota tohoto investičního nemovitého majetku bude nulová. | Er moet van worden uitgegaan dat de restwaarde van de vastgoedbelegging gelijk is aan nul. |
Účetní jednotka bude aplikovat IAS 16 až do vyřazení investičního nemovitého majetku. | De entiteit moet IAS 16 toepassen totdat de vastgoedbelegging wordt vervreemd. |
Účetní jednotka, která ocenila položku nedokončeného investičního nemovitého majetku reálnou hodnotou, nemusí dojít k závěru, že reálnou hodnotu dokončeného investičního nemovitého majetku nelze spolehlivě stanovit. | Een entiteit die een vastgoedbelegging in aanbouw tegen reële waarde heeft gewaardeerd, mag niet concluderen dat het niet mogelijk is de reële waarde van de voltooide vastgoedbelegging betrouwbaar te bepalen. |
D120 V odstavci 75 se zrušuje písmeno (d). | D120 Alinea 75(d) wordt verwijderd. |
D121 Odstavce 78–80 se mění takto: | D121 De alinea's 78 tot en met 80 worden als volgt gewijzigd: |
78 Ve výjimečných případech uvedených v odstavci 53, kdy účetní jednotka oceňuje investiční nemovitý majetek s použitím modelu oceňování podle IAS 16, se v sesouhlasení vyžadovaném odstavcem 76 zveřejní hodnoty vztahující se k tomuto investičnímu nemovitému majetku odděleně od hodnot vztahujících se k ostatnímu investičnímu nemovitému majetku. | 78 In de uitzonderlijke gevallen waarnaar in alinea 53 wordt verwezen, wanneer een entiteit een vastgoedbelegging waardeert met behulp van het in IAS 16 beschreven kostprijsmodel, moeten in de op grond van alinea 76 vereiste aansluiting de bedragen met betrekking tot die vastgoedbelegging afzonderlijk worden vermeld van de bedragen die betrekking hebben op andere vastgoedbeleggingen. |
Navíc musí účetní jednotka zveřejnit: | Daarnaast moet een entiteit het volgende vermelden: |
vysvětlení, proč reálnou hodnotu nelze spolehlivě stanovit, | een verklaring waarom de reële waarde niet betrouwbaar kan worden bepaald; |
79 Ke zveřejnění informací požadovaných odstavcem 75 přidává účetní jednotka, která používá model oceňování pořizovacími náklady upravený odstavcem 56, ještě další údaje: | 79 Naast de informatie die op grond van alinea 75 moet worden verstrekt, moet een entiteit die het in alinea 56 beschreven kostprijsmodel toepast het volgende vermelden: |
reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku. | de reële waarde van vastgoedbeleggingen. |
Ve výjimečných případech popsaných v odstavci 53, ve kterých účetní jednotka nemůže spolehlivě stanovit reálnou hodnotu investičního nemovitého majetku, musí zveřejnit: | Indien een entiteit in de uitzonderlijke gevallen die in alinea 53 zijn beschreven de reële waarde van de vastgoedbelegging niet betrouwbaar kan bepalen, moet ze het volgende vermelden: |
vysvětlení, proč reálnou hodnotu nelze spolehlivě stanovit; a | een verklaring waarom de reële waarde niet betrouwbaar kan worden bepaald; en |
80 Účetní jednotka, která dříve aplikovala IAS 40 (z roku 2000) a poprvé se rozhodne klasifikovat a účtovat některé nebo všechny vhodné účasti na nemovitém majetku drženém na základě operativního leasingu jako investiční nemovitý majetek, vykáže dopad takového rozhodnutí jako úpravu počátečního stavu nerozděleného zisku v období, ve kterém bylo toto rozhodnutí poprvé učiněno. | 80 Een entiteit die voorheen IAS 40 (2000) toepaste en ervoor kiest om voor het eerst sommige of alle in aanmerking komende vastgoedbelangen die gehouden worden op grond van een operationele lease te classificeren en administratief te verwerken als vastgoedbelegging, moet het effect van die keuze opnemen als een aanpassing van het beginsaldo van de ingehouden winst in de periode waarin de keuze voor het eerst is gemaakt. |
Navíc: | Daarnaast: |
pokud účetní jednotka již v dřívějších obdobích otevřeně zveřejnila (v účetní závěrce nebo jinak) reálnou hodnotu těchto účastí na nemovitém majetku (stanovenou způsobem splňujícím definici reálné hodnoty uvedené v IFRS 13), pak se účetní jednotce doporučuje, ale není od ní vyžadováno, aby: | als de entiteit de reële waarde van die vastgoedbelangen in voorgaande perioden (bepaald op een basis die in overeenstemming is met de definitie van reële waarde in IFRS 13) voorheen openbaar heeft gemaakt (in de jaarrekening of anderszins), wordt de entiteit aangemoedigd maar is ze niet verplicht: |
D122 Odstavec 85B se mění takto: | D122 Alinea 85B wordt als volgt gewijzigd: |
D123 Vkládá se nový odstavec 85C, který zní: | D123 Alinea 85C wordt toegevoegd en luidt als volgt: |
Zemědělství | Landbouw |
D124-125 [Nevztahuje se na požadavky] | D124-125 [Niet van toepassing op vereisten] |
D126 Odstavce 8, 15 a 16 se mění takto: | D126 De alinea's 8, 15 en 16 worden als volgt gewijzigd: |
16 Účetní jednotky často uzavírají smlouvy o prodeji svých biologických aktiv nebo zemědělské produkce k budoucím datům. | 16 Entiteiten sluiten vaak contracten af om hun biologische activa of agrarische producten op een toekomstige datum te verkopen. |
D127 Odstavce 9, 17–21 a 23 se zrušují. | D127 De alinea's 9, 17 tot en met 21 en 23 worden verwijderd. |
D128 Odstavce 25 a 30 se mění takto: | D128 De alinea's 25 en 30 worden als volgt gewijzigd: |
25 … Účetní jednotka může použít informace týkající se kombinovaných aktiv ke stanovení reálné hodnoty biologických aktiv. | 25 … Een entiteit mag informatie met betrekking tot de gecombineerde activa gebruiken om de reële waarde van de biologische activa te bepalen. |
30 Existuje předpoklad, že reálnou hodnotu biologického aktiva lze spolehlivě stanovit. | 30 Er is een vermoeden dat de reële waarde van een biologisch actief betrouwbaar kan worden bepaald. |
Tento předpoklad však může být vyvrácen jen při prvotním vykázání biologického aktiva, pro které nejsou k dispozici kótované tržní ceny a alternativní odhady reálné hodnoty jsou zjevně nespolehlivé. | Dit vermoeden kan echter alleen bij de eerste opname worden weerlegd voor een biologisch actief waarvoor geen genoteerde marktprijzen beschikbaar zijn en waarvoor alternatieve waarderingen tegen reële waarde als duidelijk onbetrouwbaar worden beschouwd. |
D129 Odstavce 47 a 48 se zrušují. | D129 De alinea's 47 en 48 worden verwijderd. |
D130 Vkládá se nový odstavec 61, který zní: | D130 Alinea 61 wordt toegevoegd en luidt als volgt: |
61 IFRS 13, vydaný v květnu 2011, změnil odstavce 8, 15, 16, 25 a 30 a zrušil odstavce 9, 17–21, 23, 47 a 48. | 61 IFRS 13, uitgegeven in mei 2011, wijzigde de alinea's 8, 15, 16, 25 en 30 en verwijderde de alinea's 9, 17 tot en met 21, 23, 47 en 48. |
Členské podíly v družstevních účetních jednotkách a podobné nástroje (ve znění novely z října 2009) | Aandelen van leden in coöperatieve entiteiten en soortgelijke instrumenten (herziene versie van oktober 2009) |
D131 [Nevztahuje se na požadavky] | D131 [Niet van toepassing op vereisten] |
D132 Pod nadpis „Odkazy“ se vkládá odkaz na IFRS 13 Ocenění reálnou hodnotou. | D132 Onder het kopje 'Verwijzingen' wordt een verwijzing naar IFRS 13 Waardering tegen reële waarde toegevoegd. |
D133 Vkládá se nový odstavec 16, který zní: | D133 Alinea 16 wordt toegevoegd en luidt als volgt: |
16 IFRS 13, vydaný v květnu 2011, změnil odstavec A8. | 16 IFRS 13, uitgegeven in mei 2011, wijzigde alinea A8. |
D134 V dodatku se odstavec A8 mění takto: | D134 In de Bijlage wordt alinea A8 als volgt gewijzigd: |
Protože jsou tyto podíly zpětně vykupitelné na požádání, stanoví družstevní účetní jednotka reálnou hodnotu takového finančního závazku dle požadavků odstavce 47 IFRS 13, který uvádí: „Reálná hodnota finančního závazku splatného na požádání (např. vklady na požádání) není nižší než částka dluhu splatného na požádání“ Proto tedy tato družstevní jednotka klasifikuje jako finanční závazky maximální částku dluhu splatného na požádání podle ustanovení o zpětném odkupu. | Omdat men deze aandelen op verzoek kan laten inkopen, bepaalt de coöperatieve entiteit de reële waarde van dergelijke financiële verplichtingen zoals vereist op grond van alinea 47 van IFRS 13, waarin het volgende wordt gesteld: 'De reële waarde van een financiële verplichting met een kenmerk van directe opeisbaarheid (bijvoorbeeld een direct opvraagbaar deposito) is minimaal gelijk aan het onmiddellijk opeisbare bedrag ….' Bijgevolg classificeert de coöperatieve entiteit als financiële verplichting het maximumbedrag dat op grond van de inkoopbepalingen onmiddellijk opeisbaar is. |
Určení, zda smlouva obsahuje leasing | Vaststelling of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat |