Source | Target | Hodnoty CIL | LSC-waarden |
Třída IA, třída IB, třída IIIA a třída IIIB | Klassen I A, I B, III A en III B |
Hodnoty CIL u červených odrazek nesmí být menší než hodnoty uvedené níže v tabulce vyjádřené pro uvedené úhly rozptylu a úhly osvětlení v milikandelách na lux. | De LSC-waarden van rode retroflecterende voorzieningen moeten ten minste gelijk zijn aan die in onderstaande tabel, uitgedrukt in millicandela’s per lux, voor de aangegeven divergentie- en lichtinvalshoeken. |
(ve stupních) | (in graden) |
Třída | Klasse |
Úhel rozptylu | Divergentiehoek |
Úhly osvětlení | Lichtinvalshoeken |
svisle V | Verticaal V |
vodorovně H | Horizontaal H |
Hodnoty CIL, které jsou nižší než hodnoty uvedené v posledních dvou sloupcích výše uvedené tabulky, nejsou přípustné uvnitř prostorového úhlu, jehož vrchol je v referenčním středu, ohraničeného rovinami, které se protínají v těchto průsečnicích: | Lagere LSC-waarden dan die in de laatste twee kolommen van bovenstaande tabel kunnen niet worden toegestaan binnen de ruimtehoek waarvan het referentiepunt de top vormt en die wordt begrensd door de vlakken die elkaar snijden volgens de volgende ribben: |
Hodnoty CIL u oranžových odrazek třídy IA nebo IB musí být přinejmenším rovny hodnotám v tabulce uvedené výše v bodu 3.1.1 vynásobeným koeficientem 2,5. | De LSC-waarden bij ambergele retroflecterende voorzieningen van klasse I A of I B moeten ten minste gelijk zijn aan die in de tabel van punt 3.1.1, vermenigvuldigd met de coëfficiënt 2,5. |
Hodnoty CIL u čirých odrazek třídy IA nebo IB musí být přinejmenším rovny hodnotám v tabulce uvedené výše v bodu 3.1.1 vynásobeným koeficientem 4. | De LSC-waarden bij kleurloze retroflecterende voorzieningen van klasse I A of I B moeten ten minste gelijk zijn aan die in de tabel van punt 3.1.1, vermenigvuldigd met de coëfficiënt 4. |
U odrazek třídy IVA musí být hodnoty CIL přinejmenším rovny hodnotám v tabulce uvedené níže vyjádřeným pro uvedené úhly rozptylu a úhly osvětlení v milikandelách na lux. | Bij voorzieningen van klasse IV A moeten de LSC-waarden ten minste gelijk zijn aan die in onderstaande tabel, uitgedrukt in millicandela’s per lux, voor de aangegeven divergentie- en lichtinvalshoeken. |
Barva | Kleur |
Bílá | Wit |
Oranžová | Ambergeel |
Červená | Rood |
Měří-li se CIL u odrazky při úhlu β rovném V = H = 0°, musí se zjistit, zda mírným pootočením odrazky nevzniká zrcadlový odraz. | Wanneer de LSC van een retroflecterende voorziening wordt gemeten voor een hoek β van V = H = 0°, moet worden nagegaan of er geen spiegeleffect optreedt door de voorziening een beetje te draaien. |
Vzniká-li takový odraz, provede se měření při úhlu β rovném V = ± 5°, H = 0°. | Indien dit verschijnsel optreedt, moet de meting worden verricht met een hoek β van V = ± 5°, H = 0°. |
Schválená poloha je ta, při níž má CIL nejnižší hodnotu. | De gekozen stand is de stand die overeenkomt met de minimum-LSC voor een van deze standen. |
Při úhlu osvětlení β rovném V = H = 0° nebo úhlu stanoveném výše v bodu 4 a úhlu rozptylu 20′ se odrazky neoznačené slovem „TOP“ pootočí kolem své referenční osy do polohy s nejnižší hodnotou CIL, která musí odpovídat hodnotě popsané výše v bodu 3. | Bij een lichtinvalshoek β van V = H = 0°, of bij de in punt 4 gespecificeerde hoek, en bij een divergentiehoek van 20′ moeten retroflecterende voorzieningen zonder het opschrift „TOP” om hun referentieas worden gedraaid tot de stand met de minimum-LSC, die moet overeenkomen met de in punt 3 aangegeven waarde. |
Měří-li se CIL při ostatních úhlech osvětlení a rozptylu, musí být odrazka umístěna v poloze odpovídající této hodnotě ε. | Wanneer de LSC wordt gemeten voor de andere lichtinvals- en divergentiehoeken, wordt de retroflecterende voorziening in de stand geplaatst die overeenkomt met deze waarde van ε. |
Nedosáhne-li se uvedených hodnot, může se odrazka pootočit kolem své referenční osy o ± 5° od této polohy. | Als de gespecificeerde waarden niet worden bereikt, mag de voorziening vanuit die stand ± 5° om haar referentieas worden gedraaid. |
Při úhlu osvětlení β rovném V = H = 0° nebo úhlu popsaném výše v bodu 4 a úhlu rozptylu 20′ se odrazky označené slovem „TOP“ pootočí kolem své osy o ± 5°. | Bij een lichtinvalshoek β van V = H = 0°, of bij de onder punt 4 gespecificeerde hoek, en bij een divergentiehoek van 20′ moeten retroflecterende voorzieningen met het opschrift TOP ± 5° om hun referentieas worden gedraaid. |
V žádné z poloh, které odrazka při tomto pootočení zaujímá, nesmí být hodnota CIL nižší než předepsaná hodnota. | In geen enkele van de standen die de voorziening tijdens deze draaiing inneemt, mag de LSC onder de voorgeschreven waarde vallen. |
Přesáhne-li CIL při směru V = H = 0° a při ε = 0° stanovenou hodnotu o 50 % nebo více, musí se veškerá měření při všech úhlech osvětlení a rozptylu provádět při ε = 0°. | Als voor de richting V = H = 0° en voor ε = 0° de LSC de gespecificeerde waarde met 50 % of meer overschrijdt, moeten alle metingen voor alle lichtinvals- en divergentiehoeken worden verricht bij ε = 0°. |
ODOLNOST VŮČI VNĚJŠÍM ČINITELŮM | BESTANDHEID TEGEN INVLOEDEN VAN BUITENAF |
Odolnost vůči pronikání vody a nečistot | BESTANDHEID TEGEN HET INDRINGEN VAN WATER EN VUIL |
Zkouška ponořením do vody | Wateronderdompelingstest |
Odrazky, ať jsou součástí svítilny nebo nikoliv, se zbaví všech odnímatelných částí a ponoří se na 10 minut do vody o teplotě 50 ± 5 °C, přičemž nejvyšší bod vrchní části činné plochy musí být 20 mm pod hladinou vody. | Retroflecterende voorzieningen die al dan niet deel uitmaken van een licht, worden van alle verwijderbare delen ontdaan en gedurende tien minuten ondergedompeld in water van 50 ± 5 °C, waarbij het hoogste punt van het bovenste deel van het verlichtingsoppervlak zich 20 mm onder het wateroppervlak bevindt. |
Tato zkouška se zopakuje po otočení odrazky o 180 ° tak, aby činná plocha byla na dně a zadní strana byla zalita asi 20mm vrstvou vody. | Deze test wordt herhaald na de retroflecterende voorziening 180° te hebben gedraaid, zodat het verlichtingsoppervlak zich op de bodem bevindt en de achterkant door ongeveer 20 mm water wordt bedekt. |
Tyto optické celky se poté za stejných podmínek ihned ponoří do vody o teplotě 25 ± 5 °C. | Deze optieken worden dan onmiddellijk en onder dezelfde omstandigheden ondergedompeld in water van 25 ± 5 °C. |
Do odrazné plochy optického celku odrazky nesmí vniknout voda. | Het water mag het lichtweerkaatsende oppervlak van de retroflectoroptiek niet binnendringen. |
Zjistí-li se vizuální kontrolou jasná přítomnost vody, odrazka zkoušce nevyhověla. | Als bij het visuele onderzoek duidelijk blijkt dat er water in aanwezig is, wordt de voorziening geacht de test niet te hebben doorstaan. |
Nezjistí-li se vizuální kontrolou přítomnost vody nebo jsou-li o tom pochybnosti, změří se CIL metodou popsanou v příloze 4 bodu 3.2 nebo v příloze 14 bodu 4.2, po předchozím mírném zatřepání odrazkou, aby se odstranila přebytečná voda z jejího povrchu. | Als bij het visuele onderzoek geen water is aangetroffen of als er twijfel bestaat, wordt de LSC gemeten volgens de in punt 3.2 van bijlage 4 of punt 4.2 van bijlage 14 beschreven methode na de retroflecterende voorziening eerst lichtjes te hebben geschud om het overtollige water aan de buitenkant te verwijderen. |
Alternativní zkušební postup pro odrazky třídy IB a IIIB | Alternatieve testprocedure voor voorzieningen van de klassen I B en III B |
Na žádost výrobce lze místo zkoušky ponořením uvedené výše v bodu 1.1 použít jako alternativu následující zkoušku (zkouška na vlhkost a prach). | Als alternatief kan op verzoek van de fabrikant in plaats van de in punt 1.1 gespecificeerde onderdompelingstest de volgende test (vocht- en stoftest) worden uitgevoerd. |
Zkouška na vlhkost | Vochttest |
Tato zkouška hodnotí schopnost vzorku odrazky odolávat pronikání vlhkosti z postřiku vodou a stanoví schopnost těchto zařízení odvádět vodu drenážními otvory nebo jinými otevřenými otvory v odrazce. | De test beoordeelt de bestandheid van het monster tegen indringend vocht van een waternevel en bepaalt het drainagevermogen van retroflecterende voorzieningen met drainagegaten of andere blootgestelde openingen. |
Zařízení pro zkoušku postřikem | Waterneveltestapparatuur |
Použije se sprchovací skříň s těmito vlastnostmi: | Er wordt gebruik gemaakt van een waternevelcabine met de volgende kenmerken: |
Skříň | Cabine |
Skříň je vybavena tryskou/tryskami, která vytváří / které vytvářejí pevný kuželový rozprach vody o dostatečném vrcholovém úhlu, aby byl vzorek odrazky zcela pokryt. | De cabine moet worden uitgerust met één of meer sproeiers die een vaste waternevelkegel produceren met een voldoende grote hoek om het monster volledig te bestrijken. |
Osa trysky/trysek směřuje dolů pod úhlem 45° ± 5° ke svislé ose rotační zkušební plošiny. | De hartlijn van de sproeier(s) moet naar beneden worden gericht in een hoek van 45 ± 5° met de verticale as van een draaiend testplatform. |
Rotační zkušební plošina | Draaiend testplatform |
Rotační zkušební plošina má průměr nejméně 140 mm a otáčí se kolem svislé osy ve středu skříně. | Het draaiend testplatform moet een diameter van ten minste 140 mm hebben en draaien om een verticale as in het midden van de cabine. |
Rozsah vodních srážek | Neerslagsnelheid |
Rozsah vodních srážek postřiku vodou na zařízení činí 2,5 (+ 1,6/– 0) mm/min při měření svislým válcovitým sběračem vystředěným na svislou osu rotační zkušební plošiny. | De neerslagsnelheid van de waternevel op de voorziening moet 2,5 (+ 1,6/– 0) mm/min bedragen, gemeten met een verticale cilindervormige opvanginrichting in het midden op de verticale as van het draaiende testplatform. |
Výška sběrače činí 100 mm a vnitřní průměr činí nejméně 140 mm. | De opvanginrichting moet 100 mm hoog zijn en een binnendiameter hebben van ten minste 140 mm. |
Postup zkoušky postřikem vodou | Waterneveltestprocedure |
U vzorku odrazky se nejprve změří a zaznamená CIL a poté je namontován do zkušebního upínače a je podroben postřiku vodou následujícím postupem: | Een monster van een retroflecterende voorziening dat op een vaste testopstelling is gemonteerd en waarvan de oorspronkelijke LSC is gemeten en geregistreerd, wordt aan een waternevel blootgesteld als volgt: |
Otvory odrazky | Openingen in de voorziening |
Veškeré drenážní a jiné otvory zůstanou otevřené. | Alle drainagegaten en andere openingen moeten openblijven. |
Pokud se používají odvodňovací knoty, zkoušejí se se zařízením. | Bij gebruik van drainagewieken moeten deze in de voorziening worden getest. |
Rychlost otáčení | Draaisnelheid |
Odrazka se otáčí kolem své svislé osy rychlostí 4,0 ± 0,5 min–1. | De voorziening moet met een snelheid van 4,0 ± 0,5 min– 1 om haar verticale as worden gedraaid. |
Je-li odrazka sloučena nebo je ve skupině se signalizační nebo osvětlovací funkcí, spustí se tyto funkce při konstrukčním napětí v cyklu 5 min zapnuto (je-li to vhodné při přerušovaném svícení) a 55 min vypnuto. | Als de retroflector met signaal- of verlichtingsfuncties is samengebouwd of gegroepeerd, moeten deze functies worden geactiveerd op de ontwerpspanning volgens een cyclus van 5 minuten AAN (eventueel knipperend), 55 minutenUIT. |
Doba trvání zkoušky | Duur van de test |
Zkouška postřikem vodou trvá 12h (12 cyklů po 5/55 min). | De waterneveltest moet 12 uur duren (12 cycli van 5/55 minuten). |
Doba odvodnění | Uitdruiptijd |