Czech to Dutch European Commission terminology (DGT)

Search term or phrase in this TERMinator '. "." . '

Purchase TTMEM.com full membership to search this dictionary
 
 
Share this dictionary/glossary:
 

 
database_of_translation_agencies
 

SourceTarget
Při zkoušce podle přílohy 7 musí být emise způsobené vypařováním při každé zkoušce menší než 2 gramy.Bij de tests overeenkomstig bijlage 7 moeten de verdampingsemissies minder dan 2 g/test bedragen.
Zkouška typu VI (ověření průměrných emisí oxidu uhelnatého a uhlovodíků z výfuku po studeném startu při nízkých okolních teplotách).Test van typeVI (controle van de gemiddelde uitlaatemissies van koolmonoxide en koolwaterstoffen na een koude start bij lage omgevingstemperatuur)
Tato zkouška musí být provedena u všech vozidel kategorie M1 a N1 se zážehovým motorem kromě vozidel poháněných pouze plynným palivem (LPG nebo NG).Deze test moet worden uitgevoerd op alle voertuigen van categorie M1 en N1 met elektrische-ontstekingsmotor, behalve die welke alleen op gasvormige brandstof (lpg of ng) rijden.
Vozidla poháněná jak benzinem, tak plynným palivem, u nichž je však benzinový systém určen pouze pro nouzové účely nebo pro startování a jejichž benzinová nádrž pojme maximálně 15 litrů benzinu, se považují z hlediska zkoušky typu VI za vozidla, která jsou poháněna pouze plynným palivem.Voertuigen die zowel op benzine als op gasvormige brandstof kunnen rijden, maar waarbij het benzinesysteem alleen voor noodsituaties of voor het starten dient en waarvan de benzinetank niet meer dan 15 l benzine kan bevatten, zullen voor de test van type VI worden beschouwd als voertuigen die alleen op gasvormige brandstof kunnen rijden.
Vozidla poháněná benzinem a LPG nebo NG se zkoušce typu VI podrobí pouze s benzinovým pohonem.Voertuigen die zowel op benzine als op lpg of ng kunnen rijden, moeten bij de test van type VI alleen op benzine worden getest.
Tento odstavec se vztahuje na nové typy vozidel kategorií N1 a M1 s maximální hmotností do 3500 kg.Dit punt is van toepassing op nieuwe voertuigtypen van categorie N1 en M1 met een maximummassa van niet meer dan 3500 kg.
Zkouška se skládá ze čtyř základních městských jízdních cyklů části 1 zkoušky typu I. Zkouška v rámci části 1 je popsána v odstavci 6.1.1 přílohy 4a a znázorněna na obrázku 1 téže přílohy.De test bestaat uit de vier elementaire stadscycli van deel 1 van de test van type I. De test van deel 1 wordt beschreven in punt 6.1.1 van bijlage 4a en geïllustreerd in figuur 1 van dezelfde bijlage.
Zkouška za nízkých teplot v celkové délce trvání 780 vteřin se provede bez přerušení a začíná startem motoru.De test bij lage omgevingstemperatuur duurt in totaal 780 seconden, wordt zonder onderbreking uitgevoerd en begint op het moment dat de motor wordt gestart.
Zkouška za nízkých teplot se provede přiteplotě okolí 266 K (– 7 °C).De test bij lage omgevingstemperatuur moet worden uitgevoerd bij een temperatuur van 266 K (– 7 °C).
Před zahájením zkoušky se zkoušené vozidlo stabilizuje jednotným způsobem tak, aby bylo zajištěno, že výsledky zkoušky budou opakovatelné.Voordat de test wordt uitgevoerd, moeten de testvoertuigen op uniforme wijze worden geconditioneerd om ervoor te zorgen dat de testresultaten reproduceerbaar zijn.
Stabilizace a další podmínky zkoušky jsou popsány v příloze 8.De conditionering van het voertuig en de andere testprocedures worden uitgevoerd volgens de beschrijving in bijlage 8.
Během zkoušky se výfukové plyny ředí a odebírá se proporcionální vzorek.Tijdens de test worden de uitlaatgassen verdund en wordt een proportioneel monster opgevangen.
Výfukové plyny zkoušeného vozidla se ředí, odebírají se vzorky a analyzují se postupem popsaným v příloze 8 a měří se celkový objem zředěných výfukových plynů.De uitlaatgassen van het geteste voertuig worden verdund, bemonsterd en geanalyseerd volgens de in bijlage 8 beschreven procedure en het totale volume van het verdunde uitlaatgas wordt gemeten.
U zředěných výfukových plynů se analyzuje oxid uhelnatý a uhlovodíky.De verdunde uitlaatgassen worden op koolmonoxide en totale koolwaterstoffen geanalyseerd.
Aniž jsou dotčeny požadavky odstavců 5.3.5.2.2 a 5.3.5.3, provede se zkouška třikrát.Behoudens het bepaalde in de punten 5.3.5.2.2 en 5.3.5.3 moet de test driemaal worden uitgevoerd.
Výsledná hmotnost oxidu uhelnatého a uhlovodíků musí být nižší, než jsou mezní hodnoty uvedené v následující tabulce:De resulterende massa van de koolmonoxide- en koolwaterstofemissie moet onder de grenswaarden in onderstaande tabel liggen.
Mezní hodnoty emisí oxidu uhelnatého a uhlovodíků ve výfukových plynech po zkoušce se startem za studena.Grenswaarde voor koolmonoxide en koolwaterstoffen in de uitlaatemissies na een koude-starttest
Zkušební teplota 266 K (– 7 °C)Testtemperatuur 266 K (– 7 °C)
Hmotnost oxidu uhelnatého (CO)Massa koolmonoxide (CO)
Hmotnost uhlovodíků (HC)Massa koolwaterstoffen (HC)
Aniž jsou dotčeny požadavky odstavce 5.3.5.2, může pro každou znečišťující látku překročit maximálně jedna naměřená hodnota ze tří získaných výsledků předepsanou mezní hodnotu nejvýše o 10 % za předpokladu, že hodnota aritmetického průměru ze tří naměřených hodnot je nižší než předepsaná mezní hodnota.Onverminderd het bepaalde in punt 5.3.5.2 mag voor elke verontreinigende stof niet meer dan een van de drie verkregen resultaten de voorgeschreven grenswaarde met ten hoogste 10 % overschrijden, mits het rekenkundig gemiddelde van de drie resultaten onder de voorgeschreven grenswaarde blijft.
Počet zkoušek předepsaných v odstavci 5.3.5.2 smí být na žádost výrobce zvýšen na 10 za předpokladu, že aritmetický průměr z prvních tří výsledků je menší než 110 % mezní hodnoty.Het in punt 5.3.5.2 voorgeschreven aantal tests kan op verzoek van de fabrikant tot 10 worden verhoogd als het rekenkundig gemiddelde van de eerste drie resultaten minder dan 110 % van de grenswaarde bedraagt.
V takovém případě je požadavkem po zkoušce pouze to, aby aritmetický průměr ze všech 10 výsledků byl menší než mezní hodnota.In dit geval geldt na de tests alleen de voorwaarde dat het rekenkundig gemiddelde van de tien resultaten onder de grenswaarde ligt.
Počet zkoušek předepsaných v odstavci 5.3.5.2 smí být snížen podle odstavců 5.3.5.3.1 a 5.3.5.3.2.Het in punt 5.3.5.2 voorgeschreven aantal tests kan worden verminderd overeenkomstig de punten 5.3.5.3.1 en 5.3.5.3.2.
Zkouší se pouze jednou, pokud výsledek první zkoušky zjištěný pro každou znečisťující látku je 0,70 L nebo menší.Er wordt maar één test uitgevoerd indien het voor iedere verontreinigende stof verkregen resultaat van de eerste test 0,70 L of minder bedraagt.
Není-li splněn požadavek odstavce 5.3.5.3.1, zkouší se jen dvakrát, pokud pro každou znečisťující látku je výsledek první zkoušky roven 0,85 L nebo menší a součet prvních dvou výsledků je roven 1,70 L nebo menší a výsledek druhé zkoušky je roven L nebo menší.Indien niet aan het voorschrift van punt 5.3.5.3.1 is voldaan, worden maar twee tests uitgevoerd als voor iedere verontreinigende stof het resultaat van de eerste test 0,85 L of minder bedraagt en de som van de eerste twee resultaten 1,70 L of minder bedraagt en het resultaat van de tweede test L of minder.
(V1 ≤ 0,85 L a V1 + V2 ≤ 1,70 L a V2 ≤ L)(V1 ≤ 0,85 L en V1 + V2 ≤ 1,70 L en V2 ≤ L)
Zkouška typu V (životnost zařízení proti znečišťujícím látkám)Test van type V (duurzaamheid van voorzieningen voor verontreinigingsbeheersing)
Tato zkouška se provede se všemi vozidly uvedenými v odstavci 1, na něž se vztahuje zkouška podle odstavce 5.3.1.Deze test moet worden uitgevoerd op alle in punt 1 bedoelde voertuigen waarop de in punt 5.3.1 beschreven test van toepassing is.
Zkouška představuje zkoušku životnosti na 160000 km ujetých podle programu popsaného v příloze 9 na zkušební dráze, na silnici nebo na vozidlovém dynamometru.De test simuleert een veroudering van 160000 km die volgens het in bijlage 9 beschreven schema op een testbaan, op de weg of op een rollenbank worden gereden.
Vozidla, která mohou používat jako palivo buď benzin, LPG nebo NG, by měla být při zkoušce typu V zkoušena pouze s benzinem.Voertuigen die hetzij op benzine, hetzij op lpg of ng kunnen rijden, moeten bij de test van type V alleen op benzine worden getest.
V takovém případě se faktor zhoršení zjištěný pro bezolovnatý benzin použije také pro LPG nebo NG.In dat geval zal de verslechteringsfactor voor loodvrije benzine ook voor lpg of ng worden gebruikt.
Aniž je dotčen požadavek odstavce 5.3.6.1, může výrobce jako alternativu ke zkoušení podle odstavce 5.3.6.1 použít faktory zhoršení z následující tabulky.Onverminderd het bepaalde in punt 5.3.6.1 mag de fabrikant ervoor kiezen de verslechteringsfactoren uit de volgende tabel te gebruiken als alternatief voor de test van punt 5.3.6.1.
Kategorie motorůMotorcategorie
Přiřazené faktory zhoršeníToegewezen verslechteringsfactoren
ZážehovýElektrische ontsteking
VznětovýCompressieontsteking
Na žádost výrobce může technická zkušebna provést zkoušku typu I ještě před dokončením zkoušky typu V při použití faktorů zhoršení z výše uvedené tabulky.Op verzoek van de fabrikant mag de technische dienst de test van type I uitvoeren voordat de test van type V is beëindigd en daarbij de in bovenstaande tabel vermelde verslechteringsfactoren gebruiken.
Po dokončení zkoušky typu V může technická zkušebna změnit výsledky schválení typu zaznamenané v příloze 2 tak, že nahradí faktory zhoršení z výše uvedené tabulky faktory naměřenými při zkoušce typu V.Na afloop van de test van type V mag de technische dienst dan de in bijlage 2 geregistreerde typegoedkeuringsresultaten wijzigen door de verslechteringsfactoren in bovenstaande tabel te vervangen door de verslechteringsfactoren die bij de test van type V zijn gemeten.
Faktory zhoršení se stanoví buď postupem podle odstavce 5.3.6.1, nebo použitím hodnot z tabulky v odstavci 5.3.6.2.De verslechteringsfactoren worden bepaald volgens de procedure van punt 5.3.6.1 of door middel van de waarden in de tabel van punt 5.3.6.2.
Pomocí faktorů zhoršení se stanoví, zda jsou splněny požadavky odstavců 5.3.1.4 a 8.2.3.1.De verslechteringsfactoren worden gebruikt om vast te stellen of aan de voorschriften van de punten 5.3.1.4 en 8.2.3.1 is voldaan.
Údaje o emisích požadované při technických prohlídkáchEmissiegegevens die vereist zijn voor de technische keuring
Tento požadavek platí pro všechna vozidla se zážehovým motorem, pro která se žádá o schválení typu podle tohoto doplňku.Dit voorschrift geldt voor alle voertuigen met elektrische-ontstekingsmotor waarvoor krachtens deze wijziging typegoedkeuring wordt aangevraagd.
Při zkoušce podle přílohy 5 (zkouška typu II) při normálních volnoběžných otáčkách:Bij de uitvoering van de test overeenkomstig bijlage 5 (test van type II) bij normaal stationair toerental:
zaznamenává se objemový obsah oxidu uhelnatého ve výfukových plynech;moet het volumepercentage koolmonoxide van de uitgestoten uitlaatgassen worden genoteerd;
zaznamenávají otáčky motoru v průběhu zkoušky, včetně případných odchylek.moet het motortoerental tijdens de test worden genoteerd, met vermelding van eventuele toleranties.
Při zkoušce za „zvýšených volnoběžných otáček“ (tj.>2000 min.–1):Bij de uitvoering van de test bij „hoog stationair” toerental (d.w.z.>2000 min-1):
zaznamenává se hodnota lambda [11];moet de lambdawaarde [11]worden genoteerd;
V průběhu zkoušky se měří a zaznamenává teplota motorového oleje.De motorolietemperatuur tijdens de test moet worden gemeten en genoteerd.
Vyplní se tabulka v odstavci 2.2 přílohy 2.De tabel in punt 2.2 van bijlage 2 moet worden ingevuld.
Výrobce potvrdí, že hodnota lambda zaznamenaná při schvalování typu podle odstavce 5.3.7.3 je správná a pro vozidla z běžné výroby je tato hodnota reprezentativní typickou hodnotou po dobu 24 měsíců ode dne udělení schválení typu příslušným orgánem.De fabrikant moet binnen 24 maanden na de datum waarop de typegoedkeuring door de bevoegde instantie is verleend, bevestigen dat de ten tijde van de typegoedkeuring in punt 5.3.7.3 genoteerde lambdawaarde juist is en representatief is voor serievoertuigen van het goedgekeurde model.
Vyhodnocení se provede na základě průzkumu a studií vozidel ze sériové výroby.Een beoordeling moet worden gemaakt op basis van tests en onderzoeken van serievoertuigen.
Zkouška palubního diagnostického systému (OBD)Boorddiagnosetest (obd-test)
Tato zkouška se provede u všech vozidel uvedených v odstavci 1.Deze test moet op alle in punt 1 bedoelde voertuigen worden uitgevoerd.
Provede se podle postupu popsaného v příloze 11 odstavci 3.De test verloopt volgens de in bijlage 11, punt 3, beschreven procedure.
ZMĚNY TYPU VOZIDLAWIJZIGINGEN VAN HET VOERTUIGTYPE
Veškeré změny typu vozidla se musí oznámit správnímu orgánu, který udělil schválení typu dotyčného vozidla.Elke wijziging van het voertuigtype moet worden meegedeeld aan de technische dienst die het voertuigtype heeft goedgekeurd.
Tento orgán potom může buď:Die technische dienst kan dan:
usoudit, že provedené úpravy pravděpodobně nemají znatelný nepříznivý vliv a že vozidlo v každém případě stále splňuje požadavky, nebooordelen dat de wijzigingen waarschijnlijk geen noemenswaardig nadelig effect zullen hebben en dat het voertuig in ieder geval nog steeds aan de voorschriften voldoet, of
požadovat další zkušební zprávu od technické zkušebny odpovědné za provádění zkoušek.de voor de uitvoering van de tests verantwoordelijke technische dienst om een aanvullend testrapport verzoeken.

Want to see more? Purchase TTMEM.com full membership