Czech to Dutch European Commission terminology (DGT)

Search term or phrase in this TERMinator '. "." . '

Purchase TTMEM.com full membership to search this dictionary
 
 
Share this dictionary/glossary:
 

 
database_of_translation_agencies
 

SourceTarget
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití musí být provedena tak, aby vylučovala jakékoli riziko náhodné provozní poruchy za chodu motoru, zejména v případě blokace, která by mohla ohrozit bezpečnost.Beveiligingen tegen onrechtmatig gebruik moeten zo zijn dat er bij draaiende motor geen risico bestaat dat zij per ongeluk worden geactiveerd, met name wanneer dit een vergrendeling teweegbrengt waardoor de veiligheid in gevaar kan worden gebracht.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití vozidla nesmí být možné aktivovat, aniž by byly nejprve vypnuty ovladače motoru a pak následoval úkon, který není spojitým pokračováním postupu zastavování motoru, nebo aniž by byly nejprve vypnuty ovladače motoru, jestliže vozidlo stojí se zabrzděnou parkovací brzdou, nebo pokud rychlost vozidla nepřekračuje 4 km/h.Beveiligingen tegen onrechtmatig gebruik mogen niet kunnen worden geactiveerd zonder eerst de bediening van de motor stop te zetten en vervolgens een handeling uit te voeren die geen ononderbroken voortzetting van de stopzetting van de motor is, of zonder eerst de bediening van de motor stop te zetten wanneer het voertuig met geactiveerde parkeerrem stilstaat of de snelheid van het voertuig niet meer dan 4 km/h bedraagt.
U zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, která se uvádějí v činnost vytažením klíče, buď musí být před uvedením zařízení v činnost nutné vysunutí klíče nejméně o 2 mm, nebo musí být dotyčné zařízení vybaveno pojistným zařízením, které chrání před náhodným vypadnutím nebo částečným vytažením klíče.Beveiligingen tegen onrechtmatig gebruik die bij het verwijderen van de sleutel worden geactiveerd, mogen pas in werking treden wanneer de sleutel ten minste 2 mm is verplaatst of moeten voorzien zijn van een veiligheid om te voorkomen dat de sleutel per ongeluk geheel of gedeeltelijk uit het slot wordt genomen.
Body 5.2.10, 5.2.10.1 nebo 5.2.10.2 a 5.2.11.2 se použijí jen pro zařízení, která používají mechanické klíče.De punten 5.2.10, 5.2.10.1 of 5.2.10.2, en 5.2.11.2 zijn alleen van toepassing op beveiligingen met mechanische sleutels.
Použití doplňkového zdroje energie je přípustné pouze k aktivaci zablokování a/nebo odblokování zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití.Bekrachtiging mag alleen worden gebruikt om de vergrendeling of ontgrendeling van de beveiliging te activeren.
Zařízení musí být udržováno v pracovní poloze jakýmkoli vhodným prostředkem, který nevyžaduje přívod energie.De beveiliging moet in haar bedrijfsstand worden gehouden met een passend middel dat geen stroomtoevoer behoeft.
Motor vozidla nesmí být možné spustit běžnými prostředky, dokud nebylo zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití vyřazeno z činnosti.De voertuigmotor mag niet op de gebruikelijke wijze kunnen worden gestart, zolang de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik niet is gedeactiveerd.
Zařízení, která brání neoprávněnému použití vozidla tím, že zabraňují uvolnění brzd, jsou přípustná jen tehdy, pokud jsou činné části brzd drženy v poloze zabrzdění výhradně mechanickými prostředky.Beveiligingen tegen onrechtmatig gebruik die het deblokkeren van de remmen van het voertuig verhinderen, zijn alleen toegestaan als de werkende delen van de remmen door een zuiver mechanische voorziening in een vergrendelde stand worden gehouden.
V takovém případě neplatí ustanovení bodu 5.2.13.In dat geval zijn de voorschriften van punt 5.2.13 niet van toepassing.
Je-li zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití vybaveno výstražným zařízením pro řidiče, musí se toto zařízení uvést v činnost při otevření dveří na straně řidiče, jestliže zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití nebylo aktivováno a klíč vytažen.Als de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik voorzien is van een waarschuwingssysteem voor de bestuurder, moet dit in werking treden wanneer het portier aan de bestuurderszijde wordt geopend, tenzij de beveiliging is geactiveerd en de sleutel door de bestuurder uit het slot is genomen.
ZVLÁŠTNÍ POŽADAVKYBIJZONDERE SPECIFICATIES
Kromě obecných požadavků uvedených v bodě 5.2 musí zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití splňovat tyto zvláštní požadavky:Behalve aan de algemene specificaties van punt 5.2 moet de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik ook voldoen aan de volgende bijzondere voorwaarden:
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití působící na řízeníBeveiligingen tegen onrechtmatig gebruik die op de stuurinrichting werken
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, které působí na řízení, musí vyřadit řízení z činnosti.Een beveiliging tegen onrechtmatig gebruik die op de stuurinrichting werkt, moet de stuurinrichting buiten werking stellen.
Aby bylo možné spustit motor, musí být nejprve obnovena obvyklá funkce řízení.Voordat de motor kan worden gestart, moet de normale werking van de stuurinrichting worden hersteld.
Je-li zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití nastaveno k činnosti, nesmí být možné zabránit jeho funkci.Wanneer de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik is ingeschakeld, mag de werking ervan niet kunnen worden verhinderd.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití musí splňovat požadavky bodů 5.2.11, 5.3.1.1, 5.3.1.2 a 5.3.1.4 i poté, co bylo podrobeno 2500 cyklům zablokování a odblokování při zkoušce opotřebení specifikované v části 1 přílohy 4 tohoto předpisu.Na 2500 vergrendelingscycli in elke richting van de in deel 1 van bijlage 4 beschreven duurzaamheidstest moet de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik nog steeds aan de voorschriften van de punten 5.2.11, 5.3.1.1, 5.3.1.2 en 5.3.1.4 voldoen.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití musí v aktivním stavu splňovat jedno z těchto kritérií:De geactiveerde beveiliging tegen onrechtmatig gebruik moet voldoen aan een van de volgende criteria:
Musí být dostatečně pevné, aby vydrželo působení krouticího momentu 300 Nm kolem osy hřídele volantu v obou směrech za statických podmínek, aniž by došlo k poškození mechanismu řízení, které by mohlo ohrozit bezpečnost.zij moet sterk genoeg zijn om, zonder schade aan de stuurinrichting waardoor de veiligheid in gevaar kan worden gebracht, een statische belasting van de as van de stuurkolom met een koppel van 300 Nm in beide richtingen te doorstaan;
Musí být vybaveno mechanismem, který systému propůjčuje určitou poddajnost nebo možnost proklouznutí, aby byl schopen trvale nebo přerušovaně odolávat krouticímu momentu nejméně 100 Nm.zij moet voorzien zijn van een bezwijk- of slipmechanisme, zodat het systeem bestand is tegen een continue of periodieke belasting met een koppel van ten minste 100 Nm.
Blokovací systém musí odolávat působení tohoto krouticího momentu i po zkoušce uvedené v části 2 přílohy 4 tohoto předpisu.Het vergrendelingssysteem moet na de in deel 2 van bijlage 4 beschreven test nog steeds bestand zijn tegen de belasting met dit koppel;
Musí být vybaveno mechanismem umožňujícím, aby se volant volně otáčel na zablokované hřídeli volantu.zij moet voorzien zijn van een mechanisme dat het mogelijk maakt het stuurwiel vrij om de geblokkeerde as van de stuurkolom te draaien.
Blokovací mechanismus musí být dostatečně pevný, aby odolal působení krouticího momentu 200 Nm kolem osy hřídele volantu v obou směrech za statických podmínek.Het blokkeermechanisme moet sterk genoeg zijn om een statische belasting van de as van de stuurkolom met een koppel van 200 Nm in beide richtingen te doorstaan.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, u něhož lze klíč vyjmout v jiné poloze, než ve které je řízení zablokováno, musí být konstruováno tak, aby úkon potřebný k dosažení této polohy nemohl být proveden neúmyslně.Als de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik zo is dat de sleutel uit het slot kan worden genomen in een andere stand dan die waarin de stuurinrichting buiten werking is, moet zij zo zijn ontworpen dat de handeling die nodig is om ze in die stand te zetten en de sleutel uit het slot te nemen, niet door onachtzaamheid kan plaatsvinden.
Jestliže některá konstrukční část selže takovým způsobem, že požadavky na krouticí moment podle bodů 5.3.1.4.1, 5.3.1.4.2 a 5.3.1.4.3 nemohou být snadno splněny, avšak systém řízení zůstává zablokovaný, musí systém splňovat požadavky.Als een onderdeel het begeeft en de in de punten 5.3.1.4.1, 5.3.1.4.2 en 5.3.1.4.3 gespecificeerde belastingen dus moeilijk kunnen worden toegepast, maar de stuurinrichting wel geblokkeerd blijft, wordt het systeem geacht aan de voorschriften te voldoen.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití působící na převodové ústrojí nebo na brzdyBeveiligingen tegen onrechtmatig gebruik die op de transmissie of de remmen werken
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, které působí na převodové ústrojí, musí zabránit otáčení hnacích kol vozidla.Een beveiliging tegen onrechtmatig gebruik die op de transmissie werkt, moet het draaien van de aangedreven wielen van het voertuig verhinderen.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, které působí na brzdy, musí zajistit zabrzdění nejméně jednoho kola na obou stranách nejméně jedné nápravy.Een beveiliging tegen onrechtmatig gebruik die op de remmen werkt, moet ten minste één wiel aan weerszijden van ten minste één as remmen.
Je-li klíč v zámku zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, nesmí být možné neúmyslně zablokovat převodové ústrojí nebo zabrzdit brzdy, a to ani tehdy, jestliže bylo uvedeno do činnosti nebo nastaveno k činnosti zařízení zabraňující spuštění motoru.De transmissie of de remmen mogen niet door onachtzaamheid kunnen worden geblokkeerd wanneer de sleutel zich in het slot van de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik bevindt, zelfs niet wanneer de voorziening die het starten van de motor verhindert, in werking is getreden of is ingeschakeld.
Toto neplatí v případě, kdy jsou požadavky bodu 5.3.2 tohoto předpisu plněny zařízeními používanými navíc k jinému účelu a zablokování nebo zabrzdění za výše uvedených podmínek je nezbytné pro tuto doplňkovou funkci (např. elektrická parkovací brzda).Dit geldt niet als aan de voorschriften van punt 5.3.2 wordt voldaan door voorzieningen die ook voor een ander doel worden gebruikt, en als de vergrendeling onder de bovengenoemde voorwaarden noodzakelijk is voor deze extra functie (bv. een elektrische parkeerrem).
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití musí být navrženo a zhotoveno tak, aby zůstalo plně účinné i po určitém opotřebení následkem 2500 cyklů zablokování a odblokování.De beveiliging tegen onrechtmatig gebruik moet zo zijn ontworpen en vervaardigd dat zij naar behoren blijft functioneren, zelfs bij een zekere mate van slijtage als gevolg van de 2500 vergrendelingscycli in elke richting.
V případě ochranného zařízení působícího na brzdy se to týká každé mechanické nebo elektrické podsestavy zařízení.Bij een beveiliging die op de remmen werkt, geldt dit voor elk mechanisch of elektrisch onderdeel van die beveiliging.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, u něhož lze klíč vyjmout v jiné poloze, než ve které je převodové ústrojí zablokováno nebo brzdy zabrzděny, musí být konstruováno tak, aby úkon potřebný k dosažení této polohy a vytažení klíče nemohl být proveden neúmyslně.Als de beveiliging tegen onrechtmatig gebruik zo is dat de sleutel uit het slot kan worden genomen in een andere stand dan die waarin de transmissie of de remmen zijn geblokkeerd, moet zij zo zijn ontworpen dat de handeling die nodig is om de beveiliging in die stand te zetten en de sleutel uit het slot te nemen, niet door onachtzaamheid kan plaatsvinden.
V případě, kdy je použito ochranné zařízení, které působí na převodové ústrojí, musí být toto zařízení dostatečně pevné, aby bez poškození, které by mohlo ohrozit bezpečnost, odolalo v obou směrech a za statických podmínek působení točivého momentu o 50 % většího, než je maximální točivý moment, který může na převodové ústrojí zpravidla působit.Een beveiliging die op de transmissie werkt, moet sterk genoeg zijn om, zonder schade waardoor de veiligheid in gevaar kan worden gebracht, een statische belasting in beide richtingen te doorstaan met een koppel dat 50 % groter is dan het maximumkoppel dat normaliter op de transmissie kan worden uitgeoefend.
Při stanovení hodnoty tohoto zkušebního točivého momentu je třeba brát v úvahu nikoli maximální točivý moment motoru, nýbrž maximální točivý moment, který může být přenášen spojkou nebo automatickou převodovkou.Bij het bepalen van de waarde van dit testkoppel moet geen rekening worden gehouden met het maximumkoppel van de motor, maar met het maximumkoppel dat door de koppeling of door de automatischeversnellingsbak kan worden overgebracht.
V případě, kdy je vozidlo vybaveno ochranným zařízením, které působí na brzdy, musí být toto zařízení schopné udržet vozidlo s nákladem v nepohyblivém stavu při sklonu 20 % ve směru nahoru i dolů.Bij een voertuig met een beveiliging die op de remmen werkt, moet de beveiliging het beladen voertuig op een op- of neerwaartse helling van 20 % in stilstand kunnen houden.
Je-li vozidlo vybaveno ochranným zařízením, které působí na brzdy, nepokládají se požadavky tohoto předpisu za odchylku od požadavků předpisů č. 13 nebo 13-H, a to ani v případě poruchy.Bij een voertuig met een beveiliging die op de remmen werkt, mogen de voorschriften van dit reglement niet worden gezien als een afwijking van de voorschriften van Reglement nr. 13 of 13-H, zelfs niet in geval van een defect.
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití působící na řazení rychlostíBeveiligingen tegen onrechtmatig gebruik die op het bedieningsorgaan van de versnellingsbak werken
Zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití, které působí na řazení rychlostí, musí být schopné zabránit jakémukoli přeřazení rychlosti.Een beveiliging tegen onrechtmatig gebruik die op het bedieningsorgaan van de versnellingsbak werkt, moet elke verandering van versnelling kunnen verhinderen.
U převodovek s ručním řazením musí být možné zablokovat řadicí páku pouze v poloze pro zpětný chod; kromě toho je přípustné rovněž blokování v neutrální poloze.Bij handgeschakelde versnellingsbakken mag de versnellingspook alleen in de achteruitstand kunnen worden vergrendeld; daarnaast is vergrendeling in de vrije stand toegestaan.
U automatických převodovek s parkovací polohou musí být možné zablokovat mechanismus pouze v parkovací poloze; kromě toho je přípustné rovněž blokování v neutrální poloze a/nebo v poloze pro zpětný chod.Bij automatische versnellingsbakken met een parkeerstand mag het mechanisme alleen in deze stand kunnen worden vergrendeld; daarnaast is vergrendeling in de vrije stand en/of in de achteruitstand toegestaan.
U automatických převodovek bez parkovací polohy musí být možné zablokovat mechanismus pouze v těchto polohách: neutrální a/nebo pro zpětný chod.Bij automatische versnellingsbakken zonder parkeerstand mag het mechanisme alleen in de volgende standen kunnen worden vergrendeld: vrij en/of achteruit.
ELEKTROMECHANICKÁ A ELEKTRONICKÁ ZAŘÍZENÍ K OCHRANĚ PROTI NEOPRÁVNĚNÉMU POUŽITÍELEKTROMECHANISCHE EN ELEKTRONISCHE BEVEILIGINGEN TEGEN ONRECHTMATIG GEBRUIK
Instalovaná elektromechanická a elektronická zařízení k ochraně proti neoprávněnému použití musí splňovat požadavky podle bodů 5.2 a 5.3 a s odpovídajícími změnami i požadavky podle bodu 8.4.Wanneer elektromechanische en elektronische beveiligingen tegen onrechtmatig gebruik zijn gemonteerd, moeten deze voldoen aan de voorschriften van de punten 5.2, 5.3 en 8.4, op overeenkomstige wijze.
Pokud je technická koncepce zařízení taková, že nelze použít body 5., 6. a 8.4, je třeba ověřit, že byla učiněna opatření pro zajištění bezpečnosti vozidla.Als de technologie van de voorziening zo is dat de punten 5, 6 en 8.4 niet van toepassing zijn, moet worden nagegaan of de nodige maatregelen zijn genomen om de veiligheid van het voertuig te garanderen.
Funkce tohoto zařízení musí obsahovat prostředky zajišťující ochranu proti riziku blokování nebo náhodné poruchy funkce, které by mohlo ohrozit bezpečnost vozidla.Het werkingsproces van deze voorzieningen moet betrouwbare middelen omvatten om elk risico van blokkering of ongewilde storing die de veiligheid van het voertuig in het gedrang zou kunnen brengen, te vermijden.
Pro účely části II tohoto předpisu se použijí následující definice:„voertuigalarmsysteem” (VAS)
„Poplašným systémem vozidel“ se rozumí systém určený k instalaci do určitého typu vozidla (typů vozidel), jehož účelem je signalizace vniknutí nebo rušivého zásahu do vozidla; tyto systémy mohou poskytovat dodatečnou ochranu proti neoprávněnému použití vozidla.een systeem dat bestemd is voor installatie op een of meer voertuigtypen en dat ontworpen is om een signaal te geven wanneer iemand zich onrechtmatig toegang verschaft tot het voertuig of het voertuig manipuleert. Het systeem mag ook extra beveiliging bieden tegen onrechtmatig gebruik van het voertuig; 6.1.3.
„Čidlem“ se rozumí zařízení vnímající změnu, která může být způsobena vniknutím nebo rušivým zásahem do vozidla.„sensor” een inrichting die een verandering detecteert die kan ontstaan wanneer iemand zich onrechtmatig toegang verschaft tot het voertuig of het voertuig manipuleert; 6.1.4.
„Výstražným zařízením“ se rozumí zařízení, které signalizuje, že došlo k vniknutí nebo k rušivému zásahu.„alarmsignaalinrichting” een voorziening die aangeeft dat iemand zich onrechtmatig toegang heeft verschaft tot het voertuig of het voertuig heeft gemanipuleerd; 6.1.5.
„Ovládacím zařízením“ se rozumí zařízení sloužící k nastavení, odstavení a zkoušení poplašného systému vozidel a k přenosu stavu poplachu do výstražných zařízení.„bedieningsapparatuur” apparatuur die nodig is om een VAS in te schakelen, uit te schakelen en te testen en een alarmconditie naar de alarmsignaalinrichtingen te sturen; 6.1.6.
„Nastavením“ se rozumí stav poplašného systému vozidel, ve kterém může být do výstražných zařízení přenesen stav poplachu.„ingeschakelde toestand” de toestand van een VAS waarin een alarmconditie naar de alarmsignaalinrichtingen kan worden gestuurd; 6.1.7.
„Odstavením“se rozumí stav poplašného systému vozidel, ve kterém nemůže být do výstražných zařízení přenesen stav poplachu.„uitgeschakelde toestand” de toestand van een VAS waarin een alarmconditie niet naar de alarmsignaalinrichtingen kan worden gestuurd; 6.1.8.
„Typem poplašného systému vozidel“ se rozumí systémy, které se výrazně neliší v těchto podstatných ohledech:„type voertuigalarmsysteem” systemen die onderling niet significant verschillen op essentiële punten zoals:
obchodní název nebo značka výrobce;de handelsnaam of het merk van de fabrikant;
druh čidla;het soort sensor;
druh výstražného zařízení;het soort alarmsignaalinrichting;
druh ovládacího zařízení.het soort bedieningsapparatuur; 6.1.10. „goedkeuring van een voertuigalarmsysteem”
„Schválením poplašného systému vozidel“ se rozumí schválení typu poplašného systému vozidel, pokud jde o požadavky stanovené v bodech 6.2, 6.3 a 6.4.de goedkeuring van een type VAS met betrekking tot de voorschriften van de punten 6.2, 6.3 en 6.4; 6.1.11.
„Imobilizérem“ se rozumí zařízení určené k tomu, aby zabránilo odjezdu vozidla poháněného svým vlastním motorem.„immobilisatiesysteem” een voorziening die moet voorkomen dat met het voertuig met behulp van zijn eigen motor wordt weggereden; 6.1.12.

Want to see more? Purchase TTMEM.com full membership