Source | Target | Rodiny vozidel vybavených periodicky se regenerujícím systémem | Groepen van voertuigenfamilies met een periodiek regenererend systeem |
Tento postup platí pro vozidla vybavená periodicky se regenerujícím systémem definovaným v bodě 2.19 tohoto předpisu. | De procedure is van toepassing op voertuigen met een periodiek regenererend systeem zoals gedefinieerd in punt 2.19 van dit reglement. |
Pro účely této přílohy se mohou určit rodiny vozidel. | Voor de toepassing van deze bijlage mogen groepen van voertuigenfamilies worden gevormd. |
Proto se typy vozidel s regenerujícími se systémy, jejichž dále popsané parametry jsou shodné nebo jsou ve stanovených mezích, pokládají za členy stejné rodiny z hlediska měření typických pro popsané periodicky se regenerující systémy. | Voertuigtypen met een regenererend systeem waarvan de hieronder beschreven parameters identiek zijn of binnen de vastgestelde toleranties liggen, moeten worden geacht tot dezelfde familie te behoren met betrekking tot metingen die specifiek zijn voor de gedefinieerde periodiek regenererende systemen. |
počet válců; | aantal cilinders, |
zdvihový objem motoru (±15 %); | cilinderinhoud (± 15 %), |
počet ventilů; | aantal kleppen, |
palivová soustava; | brandstofsysteem, |
proces spalování (dvoudobý, čtyřdobý, s rotujícími písty). | verbrandingsproces (tweetakt, viertakt, draaizuigercyclus). |
konstrukce (tj. druh pouzdra, druh vzácného kovu, druh nosiče, hustota komůrek); | constructie (d.w.z. type omhulsel, type edelmetaal, type onderlaag, celdichtheid), |
druh a princip činnosti; | type en werkingsprincipe, |
systém dávkování a přísad; | doseer- en additiefsysteem, |
objem (±10 %); | volume (± 10 %), |
umístění (teplota ±50 °C při 120 km/h nebo rozdíl 5 % maximální teploty nebo tlaku). | locatie (temperatuur ± 50 °C bij 120 km/h of 5 % afwijking van maximumtemperatuur/-druk). |
Typy vozidel s rozdílnými referenčními hmotnostmi | Voertuigtypen met verschillende referentiemassa |
Faktor Ki stanovený postupem podle této přílohy pro schválení typu vozidla s periodicky se regenerujícím systémem podle definice v bodě 2.19 tohoto předpisu může být užit i u jiných vozidel ve skupině rodiny s referenční hmotností do dvou nejbližších vyšších tříd ekvivalentní setrvačné hmotnosti nebo u kterékoliv nižší třídy ekvivalentní setrvačné hmotnosti. | De Ki-factor die volgens de procedures van deze bijlage is ontwikkeld voor de typegoedkeuring van een voertuigtype met periodiek regenererend systeem zoals gedefinieerd in punt 2.19 van dit reglement, kan worden uitgebreid tot andere voertuigen van de familie met een referentiemassa binnen de twee onmiddellijk hogere equivalente-traagheidsklassen of elke lagere equivalente-traagheidsklasse. |
Místo zkušebních postupů definovaných v níže uvedeném bodě lze užít konstantní hodnotu Ki = 1,05, pokud technická zkušebna nevidí důvod, aby tato hodnota byla překročena. | In plaats van de in het volgende punt gedefinieerde testprocedures uit te voeren, mag een vaste Ki-waarde van 1,05 worden gebruikt als de technische dienst geen reden ziet waarom deze waarde zou kunnen worden overschreden. |
Vozidlo může být vybaveno přepínačem umožňujícím zabránit nebo povolit fázi regenerace za předpokladu, že takový provoz nijak neovlivní původní kalibraci motoru. | Het voertuig mag voorzien zijn van een schakelaar waarmee het regeneratieproces mogelijk of onmogelijk kan worden gemaakt, mits deze handeling geen effect heeft op de oorspronkelijke motorkalibratie. |
Měření emisí CO2 a spotřeby paliva mezi dvěma cykly, kdy dochází k fázím regenerace | Meting van de kooldioxide-emissie en het brandstofverbruik tussen twee cycli waarin regeneratiefasen optreden |
Průměrné emise oxidu uhličitého a spotřeba paliva mezi fázemi regenerace a v průběhu plnění regeneračního zařízení se určí z aritmetického průměru několika přibližně stejně dlouhých zkušebních cyklů typu I (pokud je jich více než 2) nebo ekvivalentních zkušebních cyklů na motorové brzdě. | De gemiddelde kooldioxide-emissies en het brandstofverbruik tussen regeneratiefasen en tijdens het laden van het regeneratiesysteem moeten worden bepaald aan de hand van het rekenkundig gemiddelde van verscheidene, ongeveer even ver uit elkaar liggende (indien meer dan 2) bedrijfscycli van type I of gelijkwaardige cycli op de motortestbank. |
Alternativně může výrobce předložit údaje, které prokazují, že emise oxidu uhličitého a spotřeba paliva zůstávají mezi fázemi regenerace konstantní v rozmezí ±4 %. | In plaats daarvan mag de fabrikant ook gegevens verstrekken waaruit blijkt dat de kooldioxide-emissie en het brandstofverbruik tussen de regeneratiefasen constant blijven (± 4 %). |
Veškerá měření emisí a všechny výpočty se provádějí podle přílohy 6. | Alle emissiemetingen en berekeningen moeten overeenkomstig bijlage 6 worden uitgevoerd. |
Stanovení průměrných hodnot emisí pro jednotlivé systémy s regenerací se provede v souladu s bodem 3.3 této přílohy a pro vícečetné systémy s regenerací podle bodu 3.4 této přílohy. | Als er maar één regeneratiesysteem is, moeten de gemiddelde emissies worden bepaald overeenkomstig punt 3.3, als er meerdere regeneratiesystemen zijn, overeenkomstig punt 3.4. |
Proces plnění a stanovení faktoru Ki se provede během zkušebního cyklu typu I, na vozidlovém dynamometru nebo na motorové brzdě za užití ekvivalentního zkušebního cyklu. | Het laadproces en Ki moeten tijdens de bedrijfscyclus van type I worden vastgesteld op een rollenbank of op een motortestbank die gebruikmaakt van een gelijkwaardige testcyclus. |
Tyto cykly mohou proběhnout spojitě (tj. bez nutnosti zastavit motor mezi cykly). | Deze cycli mogen continu worden doorlopen (d.w.z. de motor hoeft tussen de cycli niet te worden uitgezet). |
Počet cyklů D mezi dvěma cykly, v nichž dojde k fázi regenerace, počet cyklů n, během nichž se měří emise, a každé měření emisí (M’sij) se zaznamená podle potřeby v souladu s přílohou 1, body 4.1.11.2.1.10.1 až 4.1.11.2.1.10.4 nebo 4.1.11.2.5.4.1 až 4.1.11.2.5.4.4. | Het aantal cycli (D) tussen twee cycli waarin regeneratiefasen optreden, het aantal cycli waarin emissiemetingen worden verricht (n) en elke emissiemeting (M’sij) moeten worden gerapporteerd in de punten 4.1.11.2.1.10.1 tot en met 4.1.11.2.1.10.4, respectievelijk in de punten 4.1.11.2.5.4.1 tot en met 4.1.11.2.5.4.4 van bijlage 1. |
Měření emisí oxidu uhličitého a spotřeby paliva během regenerace | Meting van de kooldioxide-emissie en het brandstofverbruik tijdens de regeneratie |
Případná příprava vozidla pro zkoušku emisí během fáze regenerace se může provést použitím přípravných cyklů podle bodu 5.3 přílohy 4 předpisu č. 83 nebo ekvivalentních zkušebních cyklů na motorové brzdě, podle toho, který postup plnění byl zvolen podle výše uvedeného bodu 3.1.2. | Als de voorbereiding van het voertuig voor de emissietest vereist is, mag zij tijdens een regeneratiefase worden voltooid met behulp van de voorbereidingscycli in punt 5.3 van bijlage 4 bij Reglement nr. 83 of van gelijkwaardige cycli op de motortestbank, naargelang de in punt 3.1.2 gekozen laadprocedure. |
Podmínky pro zkoušku a pro vozidlo, které jsou popsány v příloze 6, platí před provedením první platné zkoušky emisí. | De testomstandigheden en de staat van het voertuig voor de in bijlage 6 beschreven test zijn van toepassing voordat de eerste geldige emissietest wordt uitgevoerd. |
To je možno zajistit jedním z následujících postupů: | Dit kan worden gegarandeerd met een van de volgende methoden: |
Pro cykly stabilizace je možné instalovat „náhradní“ systém regenerace nebo částečný systém. | voor de voorconditioneringscycli kan een nepregeneratiesysteem of een gedeeltelijk systeem worden geïnstalleerd; |
Vykoná se zkouška emisí z výfuku po startu za studena, včetně fáze regenerace, podle pracovního cyklu typu I nebo proběhne rovnocenný cyklus na motorové brzdě. | Een uitlaatemissietest met koude start, inclusief een regeneratieproces, moet volgens de bedrijfscyclus van type I of een gelijkwaardige cyclus op de motortestbank worden uitgevoerd. |
Pokud se zkoušky emisí mezi dvěma cykly, v nichž dojde k fázím regenerace, vykonají na motorové brzdě, musí se na motorové brzdě vykonat také zkouška emisí, která zahrnuje fázi regenerace. | Indien de emissietests tussen twee cycli waarin regeneratiefasen optreden, op een motortestbank worden uitgevoerd, moet ook de emissietest die een regeneratiefase omvat, op een motortestbank worden uitgevoerd. |
Pokud fáze regenerace vyžaduje více než jeden pracovní cyklus, provede se následující zkušební cyklus (cykly) bezprostředně, bez zastavení motoru, dokud se neukončí úplná fáze regenerace (každý se cyklus musí být úplný). | Indien het regeneratieproces meer dan één bedrijfscyclus vergt, moeten onmiddellijk een of meer bijkomende testcycli worden gereden, zonder de motor uit te schakelen, tot complete regeneratie is bereikt (elke cyclus moet worden voltooid). |
Během této periody musí být motor zastaven. | Tijdens deze periode moet de motor uitgeschakeld zijn. |
Hodnoty emisí oxidu uhličitého a spotřeby paliva během fáze regenerace (Mri) se vypočítají podle přílohy 6. | De waarden voor de kooldioxide-emissie en het brandstofverbruik tijdens de regeneratie (Mri) moeten worden berekend overeenkomstig bijlage 6. |
Zaznamená se počet pracovních cyklů (d) pro úplnou regeneraci. | Het aantal gemeten bedrijfscycli (d) voor complete regeneratie moet worden geregistreerd. |
Výpočet kombinovaných emisí oxidu uhličitého a spotřeby paliva u jediného regeneračního systému | Berekening van de gecombineerde kooldioxide-emissie en het brandstofverbruik van één enkel regeneratiesysteem |
M'sij | M'sij |
M'rij | M'rij |
kde pro každou emisi oxidu uhličitého a pro spotřebu paliva je: | waarbij voor elke kooldioxide-emissie en elk brandstofverbruik het volgende geldt: |
hmotnostní emise CO2 v g/km a spotřeba paliva v l/100 km za jednu část (i) zkušebního cyklu (nebo ekvivalentního cyklu na motorové brzdě) bez regenerace; | massa-emissies in g/km en brandstofverbruik in l/100 km tijdens één deel (i) van de bedrijfscyclus (of de gelijkwaardige cyclus op de motortestbank) zonder regeneratie; |
hmotnostní emise CO2 v g/km a spotřeba paliva v l/100 km za jednu část (i) zkušebního cyklu (nebo ekvivalentního cyklu na motorové brzdě) během regenerace (když n>1, provede se první zkouška typu I za studena a následující cykly za tepla); | massa-emissies in g/km en brandstofverbruik in l/100 km tijdens één deel (i) van de bedrijfscyclus (of de gelijkwaardige cyclus op de motortestbank) tijdens de regeneratie (wanneer n>1, wordt de eerste test van type I met koude motor uitgevoerd en de volgende cycli met warme motor); |
střední hodnota hmotnostních emisí CO2 v g/km a spotřeba paliva v l/100 km za jednu část (i) zkušebního cyklu bez regenerace; | gemiddelde CO2-massa-emissies in g/km en brandstofverbruik in l/100 km tijdens één deel (i) van de bedrijfscyclus zonder regeneratie; |
střední hodnota hmotnostních emisí CO2 v g/km a spotřeba paliva v l/100 km za jednu část (i) zkušebního cyklu během regenerace; | gemiddelde CO2-massa-emissies in g/km en brandstofverbruik in l/100 km tijdens één deel (i) van de bedrijfscyclus tijdens de regeneratie; |
střední hodnota hmotnostních emisí CO2 v g/km a spotřeba paliva v l/100 km; | gemiddelde CO2-massa-emissie in g/km en gemiddeld brandstofverbruik in l/100 km; |
n počet zkušebních bodů, ve kterých se měřily emise (zkušební cykly typu I nebo ekvivalentní zkušební cykly na motorové brzdě) mezi dvěma cykly, v nichž dochází k regeneraci, ≥ 2; | n aantal testpunten waarop emissiemetingen (bedrijfscycli van type I of gelijkwaardige cycli op de motortestbank) worden uitgevoerd tussen twee cycli waarin regeneratiefasen optreden, ≥ 2; |
d počet zkušebních cyklů potřebných pro regeneraci; | d aantal bedrijfscycli dat vereist is voor regeneratie; |
D počet zkušebních cyklů mezi dvěma cykly, v nichž dochází k regeneraci.Pro ilustraci parametrů měření viz obr. | D aantal bedrijfscycli tussen twee cycli waarin regeneratiefasen optreden. |
Parametry měřené během zkoušky emisí oxidu uhličitého a spotřeby paliva v průběhu cyklů, v nichž dochází k regeneraci, a mezi těmito cykly (schematický příklad, emise v průběhu „D“ se mohou snižovat nebo zvyšovat) | Tijdens de kooldioxide-emissie- en brandstofverbruikstest gemeten parameters tijdens en tussen cycli waarin regeneratie optreedt (schematisch voorbeeld, de emissies tijdens D kunnen toenemen of afnemen) |
Emise CO2 [g/km]a spotřeba paliva [l/100 km] | emissie [g/km]en brandstofverbruik [l/100 km] |
Počet cyklů | Aantal cycli |
Výpočet faktoru regenerace K pro uvažovanou hodnotu (i) emisí oxidu uhličitého a spotřeby paliva | Berekening van de regeneratiefactor K voor de kooldioxide-emissie die en het brandstofverbruik dat wordt onderzocht (i) |
Výsledné hodnoty Msi, Mpi a Ki se zapíší do zkušebního protokolu, který vydává technická zkušebna. | De resultaten van Msi, Mpi en Ki moeten in het door de technische dienst afgegeven testrapport worden vermeld. |
Výpočet kombinovaných emisí CO2 a spotřeby paliva u vícečetných systémů s periodickou regenerací | Berekening van de gecombineerde CO2-emissie en het brandstofverbruik van meerdere periodiek regenererende systemen |
M'sik,j | M'sik,j |
M'rik,j | M'rik,j |
hodnota hmotnostních emisí CO2 všech případů v g/km a spotřeba paliva v l/100 km (i) bez regenerace; | massa-emissie van alle events k van CO2 in g/km en brandstofverbruik in l/100 km (i) zonder regeneratie; |
hodnota hmotnostních emisí CO2 všech případů v g/km a spotřeba paliva v l/100 km (i) během regenerace; | massa-emissie van alle events k van CO2 in g/km en brandstofverbruik in l/100 km (i) tijdens de regeneratie; |
hodnota hmotnostních emisí CO2 všech případů v g/km a spotřeba paliva v l/100 km (i); | massa-emissie van alle events k van CO2 in g/km en brandstofverbruik in l/100 km (i); |