Source | Target | Rozhodnutí Komise ze dne 22. září 2004, státní podpora N 354/04, na něž se znovu odkazuje níže. | Besluit van de Commissie van 22 september 2004, steunmaatregel N 354/04, waarnaar hierna opnieuw wordt verwezen. |
Rozhodnutí Komise ze dne 8. července 2009, C 4/07 (ex N 465/06), na něž se znovu odkazuje níže. | Beschikking van de Commissie van 8 juli 2009 betreffende de regeling inzake de groepsrentebox C 4/07 (ex N 465/06), waarnaar hierna opnieuw wordt verwezen. |
Rozhodnutí Komise ze dne 10. července 2002 o režimu podpor, který zavedlo Finsko ve prospěch kaptivních pojišťoven na Alandách (Úř. věst. L 329, 5.12.2002, s. 22). | Beschikking van de Commissie van 10 juli 2002 betreffende de door Finland ten uitvoer gelegde steunregeling ten gunste van captive-verzekeringsmaatschappijen op de Ålandseilanden (PB L 329 van 5.12.2002, blz. 22). |
Rozhodnutí Kontrolního úřadu č. 349/07/KOL ze dne 18. července 2007 týkající se Norské správy silnic, okresního úřadu Møre og Romsdal, odkazy na zveřejnění viz poznámka pod čarou 7. | Besluit nr. 349/07/COL van de Autoriteit van 18 juli 2007 over een klacht van de Noorse Wegenadministratie, districtkantoor Møre en Romsdal, voor publicatiegegevens zie voetnoot nr. 7. |
Rozhodnutí Komise ze dne 22. září 2004 ve věci N354/04 (Úř. věst. C 131, 28.5.2005, s. 10). | Besluit van de Commissie van 22 september 2004, zaak N 354/04 (PB C 131/2005 van 28.5.2005, blz. 10). |
Úř. věst. L 323, 9.12.2005, s. 1. | PB L 323 van 9.12.2005, blz. 1. |
Rozhodnutí Komise ze dne 17. února 2003 o režimu podpor zavedeném Belgií ve prospěch koordinačních center usazených v Belgii (Úř. věst. L 282, 30.10.2003, s. 25). | Beschikking van de Commissie van17 februari 2003 betreffende de steunregeling die door België ten uitvoer is gelegd ten gunste van in België gevestigde coördinatiecentra (PB L 282 van 30.10.2003, blz. 25). |
Další odkaz na toto rozhodnutí je uveden v oddíle 4. | In hoofdstuk 4 wordt opnieuw verwezen naar deze beschikking. |
Byl uveden odkaz na věc C-222/04 Ministero dell’Economia e delle Finanze v. Cassa di Risparmio di Firenze SpA, Sb. rozh. 2006, s. I-289. | Arrest van 10 januari 2006, zaak C-222/04, Ministero dell’Economia e delle Finanze/Cassa di Risparmio di Firenze SpA, Jurispr. 2006, blz. I-289. |
Věc C-308/01 Gil Insurance a další v. Commissioners of Customs&Excise, Sb. rozh. 2004, s. I-4777. | Arrest van 29 april 2004, zaak C-308/01, GIL Insurance Ltd/Commissioners of Customs&Excise, Jurispr. 2004, blz. I-4777. |
Viz poznámky pod čarou 5 až 8. | Zie de voetnoten 5 tot en met 8. |
Viz bod 3 odst. 3 pokynů Kontrolního úřadu ke státní podpoře v případě zdanění podnikatelské činnosti. | Zie punt 3(3) van de richtsnoeren van de Autoriteit inzake de directe belastingen op ondernemingen. |
Věc C-41/90 Höfner a Elser v. Macrotron GmbH, Sb. rozh. 1991, s. I-1979, bod 21. | Arrest van 23 april 1991, zaak C-41/90, Höfner en Elser/Macrotron GmbH, Jurispr. 1991, blz. I-1979, punt 21. |
Spojené věci C-180/98 až C-184/98 Pavlow, Sb. rozh. 2000, s. I-6451, bod 75. | Gevoegde zaken C-180/98 tot en met C-184/98, Pavlov e.a., Jurispr. 2000, blz. I-6451, punt 75. |
Kód NACE je celoevropský systém klasifikace, který seskupuje organizace podle jejich ekonomických činností. | De NACE-code is een pan-Europees classificatiesysteem waarin organisaties overeenkomstig hun bedrijfsactiviteiten worden gerangschikt. |
K65 – Pojištění, zajištění a penzijní financování, kromě povinného sociálního zabezpečení. | K65 — Verzekeringen en pensioenfondsen, exclusief verplichte sociale verzekeringen. |
Založení soukromé společnosti tímto způsobem může například rovněž znamenat, žespolečnost vlastní kapitálové rezervy (požadované z důvodů regulace), jež lze odečítat od daňového základu. | Een dergelijke oprichting van een afzonderlijke onderneming kan er bijvoorbeeld ook op wijzen dat de onderneming beschikt over (wettelijk verplichte) kapitaalreserves die fiscaal aftrekbaar zijn. |
Viz odůvodnění v rozhodnutí Komise ze dne 10. července 2002 o režimu podpor, který zavedlo Finsko ve prospěch kaptivních pojišťoven na Alandách, citováno výše, bod 51. | Zie de redenering in de hoger vermelde Beschikking van de Commissie van 10 juli 2002 betreffende de door Finland ten uitvoer gelegde steunregeling ten gunste van captive-verzekeringsmaatschappijen op de Ålandseilanden, punt 51. |
Viz věc C-107/98 Teckal Srl a Comune di Viano, Azienda Gas-Acqua Consorziale (AGAC) di Reggio Emilia, rozsudek ze dne 18. listopadu 1999. | Zie het arrest van 18 november 1999, zaak C-107/98, Teckal Srl en Comune di Viano, Azienda Gas-Acqua Consorziale (AGAC) di Reggio Emilia, Jurispr. 1999 blz. I-8121. |
Věc C-26/03 Stadt Halle a RPL Recyclingpark Lochau GmbH v. Arbeitsgemeinschaft Thermische Restabfall- und Energieverwertungsanlage TREA Leuna, Sb. rozh. 2005, s. I-1, bod 48. | Arrest van 11 januari 2005, zaak C-26/03, Stadt Halle en RPL Recyclingpark Lochau GmbH tegen Arbeitsgemeinschaft Thermische Restabfall- und Energieverwertungsanlage TREA Leuna, Jurispr. 2005, blz. I-1, punt 48. |
Viz kapitola 5. Pojistné trhy: základní struktura, zpráva Komise, s. 32. | Zie hoofdstuk 5. Verzekeringsmarkten: basisstructuur, verslag van de Commissie, blz. 32. |
Viz kapitola 4.2.1 Náhrady pojištění ve zprávě FSA. | Zie hoofdstuk 4.2.1. Alternatieven voor verzekeringen, verslag van de Financial Services Authority (FSA). |
Viz například zpráva, kterou pro orgán Spojeného království pro dohled nad finančními službami (Financial Services Authority, dále jen „FSA“) vyhotovila společnost CRA International v prosinci 2007. | Zie bijvoorbeeld een verslag van december 2007 dat CRA International in opdracht van de Financial Services Authority van het Verenigd Koninkrijk heeft opgesteld. |
K dispozici na adrese: http://www.fsa.gov.uk/pubs/other/cra_report_cicd.pdf | Te vinden op: http://www.fsa.gov.uk/pubs/other/cra_report_cicd.pdf |
Viz zpráva FSA, s. 51. | Zie het verslag van de FSA, blz. 51. |
V případě investorů, kteří jsou soukromými osobami, nepředstavuje přiznání osvobození od daně státní podporu ve smyslu čl. 61 odst. 1 Dohody o EHP. | Wanneer het gaat om particuliere investeerders, wordt het verlenen van belastingvrijstelling niet beschouwd als staatssteun in de zin van artikel 61, lid 1, van de EER-overeenkomst. |
Rozhodnutí Komise ze dne 21. ledna 1998 o daňových úlevách poskytnutých podle čl. 52 odst. 8 německého zákona o dani z příjmu (Úř. věst. L 212, 30.7.1998, s. 50). | Beschikking van de Commissie van 21 januari 1998 betreffende belastingvermindering op grond van § 52, lid 8, van de Duitse wet op de inkomstenbelasting (PB L 212 van 30.7.1998, blz. 50). |
Věc C-156/98 Německo v. Komise, Sb. rozh. 2000, s. I-6857, bod 26. | Arrest van 19 september 2000, zaak C-156/98, Bondsrepubliek Duitsland/Commissie, Jurispr. 2000, blz. I-6857, punt 26. |
Viz článek 77 zákona o daních. | Zie artikel 77 van de belastingwet. |
Sazba daně z příjmů závisí na poměru čistého příjmu k zdanitelnému kapitálu. | Het tarief van de vennootschapsbelasting hangt af van de verhouding tussen de netto-inkomsten en het belastbaar vermogen. |
Sazba daně se může zvýšit o 1 procentní bod až o nejvýše 5 procentních bodů, maximální daň z příjmů proto činí 20 %. | Het belastingtarief kan met 1 procentpunt tot maximaal 5 procentpunten worden verhoogd. Het maximumtarief van de vennootschapsbelasting bedraagt dus 20 %. |
Rozhodnutí Komise ze dne 10. července 2002 o režimu podpor, který zavedlo Finsko ve prospěch kaptivních pojišťoven na Alandách, citováno výše. | Beschikking van de Commissie van 10 juli 2002 betreffende de door Finland ten uitvoer gelegde steunregeling ten gunste van Captive-verzekeringsmaatschappijen op de Ålandseilanden, hierboven vermeld. |
Komise dospěla rovněž k závěru, že opatření zabránilo pojišťovnám, které obvykle pojišťují nepřidružené společnosti (nebo jakékoli jiné podniky), působit na témže trhu a za stejných podmínek jako kaptivní pojišťovny. | De Commissie concludeerde ook dat de maatregel verzekeringsmaatschappijen die normaliter niet-gelieerde ondernemingen (of andere ondernemingen) verzekeren, belette werkzaam te zijn op precies dezelfde markt en onder dezelfde voorwaarden als captives. |
Kontrolní úřad s tímto názorem souhlasí. | De Autoriteit sluit zich ook aan bij dit standpunt. |
Věc C-308/01 GIL Insurance a další, Sb. rozh. 2004, s. I-4777, bod 68. | Arrest van 29 april 2004, zaak C-308/01, GIL Insurance Ltd e.a./Commissioners of Customs&Excise, Jurispr. 2004, blz. I-4777, punt 68. |
Viz rovněž věc C-143/99 Adria-Wien Pipeline, Sb. rozh. 2001, s. I-8365, bod 41, věc C-409/00 Španělsko v. Komise, Sb. rozh. 2003, s. I-1487, bod 47. | Zie ook het arrest van 8 november 2001, zaak C-143/99, Adria-Wien Pipeline, Jurispr. 2001, blz. I-8365, punt 41 en het arrest van 13 februari 2003, zaak C-409/00, Spanje/Commissie, Jurispr. 2003, blz. I-1487, punt 47. |
Spojené věci T-92/00 a T-103/00, Territorio Histórico de Alava a další v. Komise (Ramondín), Sb. rozh. 2002, s. II-1385, bod 39. | Gevoegde zaken T-92/00 en T-103/00, Territorio Histórico de Alava e.a. v Commissie (Ramondín) [2002]ECR II-1385, punt 39. |
Navrhovaná minimální hodnota pro takovouto účast ve výši 50 milionů EUR byla po diskusích s Komisí z opatření vypuštěna. | Na overleg met de Commissie werd het voorstel dat een dergelijke deelneming ten minste 50 miljoen EUR moest bedragen, uit de maatregelen geschrapt. |
Věc C-53/00 Ferring v. ACOSS, Sb. rozh. 2001, s. I-9067, bod 21. | Arrest van 22 november 2001, zaak C-53/00, Ferring/ACOSS, Jurispr. 2001, blz. I-9067, punt 21. |
Věc C-156/98 Německo v. Komise, Sb. rozh. 2000, s. I-6857, bod 22, v němž ESD uznal, že daňová úleva může představovat obecné opatření, pokud se vztahuje bez rozdílu na všechny hospodářsky činné osoby. | Arrest van 19 september 2000, zaak C-156/98, Duitsland/Commissie, Jurispr. 2000, blz. I-6857, punt 22 waarin het Hof van Justitie erkent dat de belastingvermindering een algemene maatregel kan zijn indien zij zonder onderscheid van toepassing is op alle marktdeelnemers. |
Viz rovněž C-75/97 Belgie v. Komise, Sb. rozh. 1999, s. I-3671, bod 28. | Zie ook het arrest van 17 juni 1999, zaak C-75/97, België/Commissie, Jurispr. 1999, blz. I-3671, punt 28. |
Věc E-6/98 Norsko v. Kontrolní úřad ESVO, Sb. rozh. Soudního dvora ESVO 1999, s. 76, bod 38; spojené věci E-5/04, E-6/04 a E-7/04 Fesil a Finnfjord, PIL a další a Norsko v. Kontrolní úřad ESVO, Sb. rozh. Soudního dvora ESVO 2005, s. 117, body 84–85; spojené věci T-127/99, T-129/99 a T-148/99 Territorio Histórico de Alava a další v. Komise, Sb. rozh. 2002, s. II-1275, bod 163, věc C-143/99 Adria-Wien Pipeline, Sb. rozh. 2001, s. I-8365, bod 42; věc T-308/00 Salzgitter v. Komise, Sb. rozh. 2004, s. II-1933, bod 42, věc C-172/03 Wolfgang Heiser, Sb. rozh. 2005, s. I-1627, bod 43. | Arrest van 20 mei 1999, zaak E-6/98, Noorwegen/Autoriteit, Jurispr. EVA-Hof 1999, blz. 76, punt 38; arrest van 21 juli 2005, gevoegde zaken E-5/04, E-6/04 en E-7/04, Fesil and Finnfjord, PIL e.a. en Noorwegen/Autoriteit, Jurispr. EVA-Hof 2005, blz. 117, punten 84-85; arrest van 6 maart 2002, gevoegde zaken T-127/99, T-129/99 en T-148/99, Territorio Histórico de Álava e.a./Commissie, Jurispr. 2002, blz. II-1275, punt 163; arrest van 8 november 2001, zaak C-143/99, Adria-Wien Pipeline, Jurispr. 2001, blz. I-8365, punt 42, arrest van 1 juli 2004, zaak T-308/00, Salzgitter AG/Commissie, Jurispr. 2004, blz. II-1933, punt 42, en arrest van 3 maart 2005, zaak C-172/03, Wolfgang Heiser/Finanzamt Innsbruck, Jurispr. 2005, blz. I-1627, punt 43. |
Věc E-6/98 Norsko v. Kontrolní úřad ESVO, citováno výše, bod 38; spojené věci E-5/04, E-6/04 a E-7/04 Fesil a Finnfjord, PIL a další a Norsko v. Kontrolní úřad ESVO, citováno výše, body 76–89; věc 173/73 Itálie v. Komise, Sb. rozh. 1974, s. 709, bod 16. | Arrest van 20 mei 1999, zaak E-6/98, Noorwegen/Autoriteit, reeds aangehaald, punt 38; arrest van 21 juli 2005, gevoegde zaken E-5/04, E-6/04 en E-7/04, Fesil and Finnfjord, PIL e.a. en Noorwegen/Autoriteit, reeds aangehaald, punten 76-89; arrest van 2 juli 1974, zaak 173/73, Italië/Commissie,Jurisprudentie 1974, blz. 709, rechtsoverweging 16. |
Věc E-6/98 Norsko v. Kontrolní úřad ESVO, citováno výše, bod 67, věc C-159/01 Nizozemsko v. Komise, Sb. rozh. 2004, s. I-4461, bod 43. | Arrest van 20 mei 1999, zaak E-6/98, Noorwegen/Autoriteit, reeds aangehaald, punt 67; arrest van 29 april 2004, zaak C-159/01, Nederland/Commissie, Jurispr. 2004, blz. I-4461, punt 43. |
Pokud jde o podobnou argumentaci, viz rozhodnutí Komise ze dne 17. února 2003 o režimu podpor uplatňovaných Nizozemskem ve vztahu k mezinárodním činnostem financování, bod 95. | Zie voor een soortgelijke redenering de beschikking van de Commissie van 17 februari 2003 betreffende de door Nederland ten uitvoer gelegde steunmaatregel ten gunste van internationale financieringsactiviteiten, punt 95. |
Úř. věst. L 335, 17.12.2009, s. 1. | PB L 335 van 17.12.2009, blz. 1. |
Věc T-214/95 Het Vlaamse Gewest v. Komise, Sb. rozh. 1998, s. II-717, věc 730/79 Philip Morris v. Komise, Sb. rozh. 1980, s. 2671, bod 11. | Arrest van 30 april 1998, zaak T-214/95, Het Vlaamse Gewest/Commissie, Jurispr. 1998, blz. II-717; arrest van 17 september 1980, zaak 730/79, Philip Morris/Commissie, Jurisprudentie 1980, blz. 2671, rechtsoverweging 11. |
Uzákoněno dne 18. prosince 1997. | Op 18 december 1997 vastgesteld. |
Lichtenštejnské orgány a některé třetí strany tvrdily, že Komise ve skutečnosti prohlásila, že srovnatelná opatření týkající se zdanění v rámci skupiny (viz níže) nepředstavují státní podporu. | De Liechtensteinse autoriteiten en sommige derde partijen voerden aan dat de Commissie eigenlijk had verklaard dat soortgelijke maatregelen met betrekking tot groepsbelasting (zie verder) geen staatssteun vormden. |
Věc 173/73 Itálie v. Komise, Sb. rozh. 1974, s. 709. | Zaak 173/73, Italië/Commissie, Jurispr. 1974, blz. 709. |
Věc 248/84 Německo v. Komise, Sb. rozh. 1987, s. 4013. | Arrest van 14 oktober 1987, zaak 248/84, Duitsland/Commissie, Jurispr.1987, blz. 4013. |
Kdy byly na základě rozhodnutí Kontrolního úřadu č. 213/94/KOL ze dne 1. prosince 1994 zrušeny daňové úlevy pro průmyslovou výrobu. | Waar belastingvoordelen voor industriële productie zijn afgeschaft naar aanleiding van Besluit nr. 213/94/COL van de Autoriteit van 1 december 1994. |
Rozhodnutí Kontrolního úřadu č. 106/95/KOL ze dne 31. října 1995 o osvobození skleněných obalů od základní daně. | Beschikking nr. 106/95/COL van de Autoriteit van 31 oktober 1995 ten aanzien van de vrijstelling van verpakkingsglas van de basisheffing op wegwerpverpakkingen voor dranken. |
Rozhodnutí Kontrolního úřadu č. 145/97/KOL ze dne 14. května 1997 o odpovídajících opatřeních, pokud jde o regionálně odlišené sazby sociálního zabezpečení. | Besluit nr. 145/97/COL van de Autoriteit van 14 mei 1997 om aan Noorwegen passende maatregelen voor te stellen in verband met de staatssteun in de vorm van regionaal gedifferentieerde bijdragen voor de sociale zekerheid. |
Úř. věst. C 2, 6.1.1998, s. 1. | PB C 2 van 6.1.1998, blz. 1. |
Komise vydala sdělení v listopadu 1998 (Úř. věst. C 384, 10.12.1998). | De mededeling van de Commissie is in november 1998 bekendgemaakt (PB C 384 van 10.12.1998). |
Podobné sdělení bylo v červnu 1999 začleněno do pokynů Kontrolního úřadu pro státní podporu jako kapitola 17B. | Een soortgelijke mededeling is in juni 1999 als hoofdstuk 17B opgenomen in de richtsnoeren staatssteun van de Autoriteit. |
Viz mimo jiné věc C-387/92 Banco Exterior de España SA v. Ayuntamiento de Valencia, Sb. rozh. 1994, s. I-877. | Zie onder meer arrest van 15 maart 1994, zaak C-387/92, Banco Exterior de España SA/Ayuntamiento de Valencia, Jurispr. 1994, blz. I-877. |
Bod 18 sdělení. | Punt 18 van de mededeling. |
Viz oddíl J kodexu chování. | Zie afdeling J van de gedragscode. |